Woensdag mogen we weer naar de stembus. In deze blog tien adviezen voor bij het kiezen en voor wat daarna komt. Waar op te letten?
Eén
Laat je niet foppen door alle aandacht die uitgaat naar de landelijke kopstukken van de politieke partijen. We kiezen woensdag de Provinciale Staten, en we kunnen niet stemmen op Mark Rutte, Sigrid Kaag, Wopke Hoekstra, Jesse Klaver of Caroline van der Plas. Dit is niet altijd even duidelijk als je naar de verkiezingsdebatten kijkt. Gisteren, bijvoorbeeld, gingen verschillende landelijke partijleiders met elkaar in debat bij Buitenhof en bij Linksom of Rechtsom van BNNVARA.
Probeer je bij deze verkiezingen te verdiepen in wat er in jouw provincie speelt en de landelijke usual suspects wat meer links (of rechts) te laten liggen. Provinciale politiek gaat over zaken als ruimtelijke ordening, natuurbeheer, infrastructuur en openbaar vervoer. Er zijn genoeg actuele thema’s – denk aan bijvoorbeeld stikstof en woningbouw – die er toe doen bij deze verkiezingen.
Twee
Maar: negeer de landelijke politiek niet. De Provinciale Staten kiezen in mei de 75 leden van onze Eerste Kamer. Daarmee hebben de verkiezingen van deze week indirect dus wel degelijk gevolgen voor de landelijke politiek. En niet in de minste plaats omdat de coalitie vrijwel zeker geen meerderheid gaat krijgen in de Eerste Kamer, en als gevolg daardoor afhankelijk zal worden (of eigenlijk blijven want ze is dat al jaren) van andere partijen. De Eerste Kamer heeft minder bevoegdheden dan de Tweede Kamer, maar moet wetgeving wel altijd goedkeuren. Mede om die reden zie je nu aan de lopende band al die landelijke kopstukken in de media.
Drie
Vergeet de waterschappen niet. Zoals gezegd stemmen we woensdag direct voor de Provinciale Staten, en heb je indirect invloed op de samenstelling van de Eerste Kamer. Maar dat is niet alles. We stemmen ook nog eens voor de waterschappen. De waterschappen behoren tot onze oudste politieke instituties en zorgen voor het waterbeheer. Specifiek zorgen ze voor voldoende en schoon water, en beschermen ons tegen overstromingen. Niet onbelangrijk dus in tijden van klimaatverandering. Let bij het stemmen voor de waterschappen goed op welke partij je kiest. Niet zelden zijn partijen die meedoen aan de waterschapsverkiezingen direct verbonden aan landelijke politieke partijen zonder dat duidelijk te maken.
Vier
Let op het samenwerkingsverband tussen PvdA en GroenLinks. De twee linkse partijen zijn een vergaande samenwerking met elkaar aangegaan die uniek is in hun geschiedenis. In de meeste provincies (behalve Zeeland) doen PvdA en GroenLinks los van elkaar mee aan de verkiezingen. Maar in de Eerste Kamer zullen ze hun fracties gaan samenvoegen. Dat is een grote nieuwe stap voor de twee partijen. De samenwerking in de Senaat zal straks moeten uitwijzen wat de volgende fase wordt in de steeds innigere omhelzing tussen de twee. De samenwerking is overigens goed verklaarbaar. Hoewel er natuurlijk verschillen bestaan, is al jaren duidelijk dat de partijen in sterke mate hetzelfde willen, en ook hun kiezers sterk overeenkomstige opvattingen hebben.
Vijf
Maar niet alleen op links gebeuren er opvallende dingen. De ruimte op (radicaal-)rechts is ongekend groot, en ook de verschuivingen binnen die ruimte zullen belangrijke gevolgen hebben. Rechts van VVD en CDA bevinden zich allerlei partijen die het woensdag hoogstwaarschijnlijk heel goed gaan doen: de BBB, JA21, en ook de PVV. En dan zijn er ook nog andere rechtse partijen die waarschijnlijk zetels gaan krijgen: denk aan FVD en BVNL. Samen zullen deze partijen op de uiterste rechterflank ongeveer één op de drie kiezers aan zich gaan binden. Dat is een nieuw hoogtepunt in de gestage opmars van deze partijfamilie – een opmars die nu al twee decennia aan de gang is.
Zes
Wees je bewust van de partijpolitieke ruimte in Nederland. Er zijn eigenlijk drie blokken van partijen: links, centrumrechts en radicaalrechts. Het linkse blok bestaat uit partijen als PvdA, GroenLinks, SP, de Partij voor de Dieren, en de SP. CDA en VVD vormen samen het centrumrechtse blok. En het radicaalrechtse blok bestaat in ieder geval uit PVV, FVD en BVNL. En dan zijn er partijen die tussen de blokken in zweven. D66 bevindt zich min of meer in de ruimte tussen het linkse en centrumrechtse blok. En de BBB en JA21 tussen centrumrechts en radicaalrechts. Het wordt met name interessant om te gaan kijken hoe de BBB en JA21 zich gaan ontwikkelen. JA21 wordt door behoorlijk wat VVD-stemmers gezien als een radicaler alternatief op rechts, terwijl de BBB het CDA (maar ook andere partijen) leeg lijkt te gaan eten. Qua opvattingen profileert JA21 zich nadrukkelijk als radicaalrechtse speler. Of de BBB zich als tussenpartij zal (blijven) manifesteren zal moeten gaan blijken.
Zeven
Let op de belangen en strategieën van politieke partijen en bekijk en beluister debatten met een kritische blik. Anderhalve maand geleden werd duidelijk wat de verkiezingsstrategie van Ruttes VVD is. In een groot interview in De Telegraaf haalden hij en Edith Schippers uit naar wat zij de “linkse wolk” van PvdA en GroenLinks noemden. Dit is wat de VVD wil met die uithaal: de verkiezingen framen als een strijd tussen links (met name de PvdA-GroenLinks-samenwerking) en rechts (de VVD zelf). De partij hoopte een horse race te creëren met links, en zich als het enige serieuze en redelijke alternatief neer te zetten voor rechtse kiezers. Door vervolgens vooral economische thema’s centraal te stellen wil de partij van Rutte partijen als PVV en JA21 de wind uit de zeilen te nemen. Dat de campagne van de VVD wat dit betreft behoorlijk succesvol is blijkt uit het grote Linksom of Rechtsom verkiezingsdebat – op primetime op NPO1. Maar: trap niet in de val van het tweestrijd-frame: we hebben geen tweepartijenstelsel in Nederland. Er zijn veel meer partijen waar je op kunt stemmen.
Acht
Zoals ik eerder schreef gaan deze verkiezingen niet direct over landelijke politiek (al gaan ze indirect dus wel over de Eerste Kamer en worden de debatten voor een groot deel door landelijke politici gevoerd). Maar de gevolgen van deze verkiezingen zullen wel degelijk worden gevoeld in Den Haag. Let op spanningen in de coalitie. Die zullen vermoedelijk gaan toenemen. Door de campagnemodus komen de onenigheden tussen coalitiepartijen steeds duidelijk in de schijnwerpers. Denk bijvoorbeeld aan de issues asiel en stikstof. Het lijkt vrijwel onvermijdelijk dat vooral de BBB en in mindere mate ook JA21 en de PVV het goed gaan doen op rechts. Dit zijn partijen die radicale opvattingen hebben op beide thema’s. Het CDA zal op stikstof naar rechts getrokken worden door een BBB met de wind in de zeilen, en de VVD op asiel met een JA21 en een PVV die het goed doen. PvdA en GroenLinks zullen D66 juist weer de andere kant op trekken. Het zal er niet gezelliger op worden in de coalitie.
Negen
De besproken verschuivingen laten een ontwikkeling zien die het waard is te blijven benadrukken. Doordat kiezers steeds meer tussen partijen zijn gaan switchen, verandert het politieke landschap ook in rap tempo. En dat landschap lijkt te blijven veranderen. In 2019 werd FVD vanuit het niets de grote winnaar van de Provinciale Statenverkiezingen met 15% van de stemmen. Nu staat BBB uit het niets met een soortgelijk percentage in de peilingen, en implodeert FVD weer. Dit heeft grote gevolgen voor allerlei zaken: de Provinciale Staten zelf, de provinciebesturen, de Eerste Kamer, en de slagkracht van de regering. Door een electorale markt aan te boren, handig campagne te voeren, en een beetje geluk te hebben met de omstandigheden, kunnen ondernemende politici en partijen snel pieken en relatief uit het niets in één keer grote invloed uitoefenen op de Nederlandse partijpolitiek.
Tien
Er is nog veel onzekerheid over wat er gaat gebeuren woensdag. De peilingen zijn van één tot twee weken voor de verkiezingen en veel kiezers weten nog niet op wie ze gaan stemmen. Daarnaast is de opkomst bij Provinciale Statenverkiezingen altijd behoorlijk laag (rond de 50%). Dat maakt alles behoorlijk spannend.
Afbeelding: “2e Kamer” van Ron de Boom (via Flickr).
Ronald Heijman zegt
Voor na de verkiezingen zou het advies kunnen zijn:
. Felicitaties aan BBB
. Tevredenheid dat de democratie werkt
. Het signaal aan centrum partijen en regering dat grote ontevredenheid moet leiden tot betere communicatie, naast de inhoud ook via emotie, tone of voice, veel betetere implementatie en uitvoering van beleid, veel meer betrokkenheid van burgers een daarop anticipatie op deze doorslaggevende aspecten. Om heel veel proteststemmers te vermijden
. Altijd campagne voeren en niet alleen 2 weken voor de verkiezingen
. Betere interne taakverdeling op competenties tussen onderzoekers, beleidmakers en beleids-, partij- en regerings communicatoren
. De geruststelling dat snelle politieke winnaars ook weer snelle politieke verliezers kunnen zijn, als je veel wilt leren en de juiste consequenties trekt
. Dat je jezelf herinnert aan je eigen doelstelling: een andere en meer mens-en maatschappij gerichte bestuurscultuur. En dat bepaalde huidige politici daarin niet passen.