‘Kan een moeder wel premier zijn?’ kopte de Telegraaf bij het aantreden van Sophie Wilmès, de eerste vrouwelijke premier van België. Er volgde kritiek (bijvoorbeeld hier en hier), en Wilmès zelf noemde de kop ‘ronduit hallucinant’. Toch roept het de vraag op of dit soort berichtgeving uitzonderlijk is. Berichten de media structureel anders over vrouwelijke politici, en zo ja, wat zijn dan de verschillen?
Om deze vraag te beantwoorden, verzamelden we alle studies waarin systematisch mediaberichtgeving over mannelijke en vrouwelijke politici wordt vergeleken [1]. In totaal waren dat 90 studies naar meer dan 750.000 mediaberichten over ruim 25.000 politici in 32 landen. De studies onderzochten een heel scala aan verschillen in berichtgeving, bijvoorbeeld verschillen in het aantal directe quotes, de hoeveelheid leiderschapskenmerken, of hoe vaak het uiterlijk van de politicus besproken wordt. De resultaten staan samengevat in Tabel 1 en 2, per type berichtgeving.
Tabel 1. Verschillen in mediaberichtgeving over mannelijke en vrouwelijke politici.
Uit ons onderzoek blijkt dat media gemiddeld meer over het familieleven van vrouwelijke politici rapporteren dan over dat van hun mannelijke collega’s. Dit werd gevonden in 18 verschillende onderzoeken, terwijl 10 studies geen verschil vonden en 4 studies meer media-aandacht voor het familieleven van mannelijke politici rapporteerden. Het is dus geen universeel patroon, maar overwegend bespreken de media vaker familiezaken als ze het over vrouwelijke politici hebben. Daarnaast bespreken de media vaker het uiterlijk van vrouwelijke politici (20 van de 28 studies) en noemen ze vaker expliciet het geslacht van vrouwelijke politici (14 van de 19 studies). Andere, experimentele studies laten zien dat media-aandacht naar uiterlijk nadelig is: politici worden er als minder menselijk door gezien, minder competent, en trekken minder stemmen.
Familieberichtgeving hoeft natuurlijk niet altijd zo negatief uit te pakken voor de betreffende politicus als in het Telegraaf artikel, waarin Wilmès’ moederschap werd gebruikt om haar capaciteit als minister-president in twijfel te trekken. Toch kun je je afvragen of dergelijke berichtgeving ten koste gaat van serieuzere aandacht. Onder in de tabel zien we dat mannelijke politici op een aantal manieren als politiek relevanter worden neergezet in de media. Berichtgeving over hen gaat vaker over inhoudelijke beleidsonderwerpen (in 15 van de 34 studies) en ze worden vaker letterlijk geciteerd (9 van de 15 studies). Daarnaast wordt over mannelijke politici iets vaker in termen van leiderschap gesproken (4 van de 7 studies), zie bijvoorbeeld dit artikel, waarin we de verschillen in berichtgeving over leiderschapskenmerken tussen mannelijke en vrouwelijke politici onderzochten in Nederland. Ook spreken de media vaak positiever over de verkiesbaarheid van mannelijke politici, terwijl de verkiesbaarheid van vrouwen vaker in twijfel wordt getrokken (11 van de 19 studies) [2].
Er is ook goed nieuws: er zijn typen verslaggeving die niet structureel vaker op mannelijke of vrouwelijke politici worden toegepast. Zo lijkt er ongeveer evenveel aandacht te gaan naar de persoonlijkheden en persoonlijke achtergrond van mannelijke en vrouwelijke politici, worden beiden evenzeer in wedstrijdtermen gevat, en is de algemene toon in de media ongeveer even positief of negatief over beiden.
Stereotypen
Berichtgeving kan ook stereotype beelden bevestigen, door mannen en vrouwen in de politiek te linken aan bepaalde eigenschappen en onderwerpen. Stereotype positieve eigenschappen die mannen gedacht worden te hebben zijn bijvoorbeeld sterk, competitief, intelligent en ambitieus, en aan vrouwen worden bijvoorbeeld de eigenschappen warm, eerlijk, emotioneel en meelevend toegedicht. In Tabel 2 staan de resultaten van onderzoeken die hebben gekeken of de media deze stereotypen volgen of doorbreken. De resultaten zijn niet eenduidig, maar het komt in ieder geval weinig voor dat aan mannelijke politici ‘vrouwelijke’ eigenschappen wordt toegekend en vice versa (0 van de 15 studies).
Naast eigenschappen zijn er ook beleidsonderwerpen die stereotypisch aan één van de geslachten gelinkt worden. Zo wordt het vaak aangenomen dat vrouwen goed zijn in onderwerpen als armoedebestrijding, sociale zekerheid, kinderopvang, gezondheidszorg en het milieu, terwijl mannen gedacht worden te excelleren in bijvoorbeeld defensie, buitenlandbeleid, economie, landbouw en misdaadbestrijding. In 14 van de 32 studies volgen media deze onderwerpsstereotypen, en in slechts één studie worden mannen vaker genoemd bij ‘vrouwelijke’ onderwerpen en vrouwen bij ‘mannelijke’.
Tabel 2. Stereotypering in mediaberichtgeving over mannelijke en vrouwelijke politici.
Al dit onderzoek richt zich op de vraag of er journalistieke bias is in de berichtgeving over mannen en vrouwen in de politiek. Toch is dit lastig te achterhalen, want hoewel verschil in mediaberichtgeving kan ontstaan doordat journalisten mannelijke en vrouwelijke politici anders behandelen, is het ook mogelijk dat deze verschillen tot stand komen doordat mannelijke en vrouwelijke politici zich op verschillende manieren presenteren aan de pers en aan hun (potentiele) kiezers. Dus om journalistieke bias goed te meten, moeten de verschillen in de berichtgeving tussen mannelijke en vrouwelijke politici vergeleken worden met de verschillen in de ‘eigen communicatie’ tussen mannelijke en vrouwelijke politici. Jammer genoeg gebeurt dit maar weinig (maar zie deze belangrijke uitzonderingen). De studies die ook de eigen communicatie meenemen laten weinig verschil tussen mannelijke en vrouwelijke politici zien. Gidengil en Everitt ontdekten bijvoorbeeld dat vrouwelijke partijleiders in Canada net zo agressief debatteerden als hun mannelijke collega’s, maar steeds als veel agressiever besproken werden in de media. Het lijkt er dus op dat journalistieke bias, ten minste ten dele, verantwoordelijk is voor de verschillen in de mediaberichtgeving over mannelijke en vrouwelijke politici.
Verrassende bevinding
Ten slotte stuitten we in onze overzichtsstudie nog op een onverwachte bevinding. Het meest onderzocht zijn verschillen in de hoeveelheid berichtgeving, dus de vraag of er meer media-aandacht naar mannelijke politici gaat. Uit de 70 hiernaar uitgevoerde studies bleek dat de hoeveelheid media-aandacht op de meeste plekken gelijk is, maar dat in Europa vrouwelijke politici een stuk minder in de media komen dan hun mannelijke collega’s.
Waarom worden mannelijke politici meer besproken in de media in Europa, terwijl dit verschil niet bestaat in met name Canada en de Verenigde Staten? Onze voorlopige hypothese is dat het iets met het kiesstelsel te maken heeft, en met de mate waarin dat persoonsgericht is (zoals in de VS, Canada maar ook Verenigd Koninkrijk) of partijgericht (bijvoorbeeld zoals in Nederland). Voor nu blijft het echter een raadsel, dat hopelijk door toekomstig onderzoek opgelost wordt.
Noten
[1] Sociale media zijn niet meegenomen in het onderzoek. De studies gingen over weergave in kranten en op televisie.
[2] Er zijn vier studies naar politici in België of Vlaanderen en drie waarin Nederland meegenomen is. De Belgische onderzoeken laten zien dat mannelijke politici daar meer media-aandacht krijgen; in de onderzoeken naar Nederland is dat in één van de drie gevallen zo. Verder worden in Nederland mannelijke ministers en partijleiders vaker leiderschapskenmerken toegeschreven dan hun vrouwelijke functiegenoten.
Afbeelding: Website De Telegraaf.
Interessant artikel! Een frisse en actuele blik op het gender vraagstuk, over de rol van media op het gendervraagstuk. Dat is belangrijk in deze tijd, want draagt media bij aan gender balance of is de media een spreekbuis van traditionele opvattingen van m/vr. verhoudingen? Met andere woorden heeft de media een reproductiefunctie voor het in stand houden van gender ongelijkheid? Ik zou geinteresseerd zijn in meer onderzoek op dit gebied ivm een advies dat ik aan het voorbereiden ben. Zou daarom in contact willen komen met Loes Aaldering.