In de aanloop naar verkiezingen maken miljoenen Nederlanders gebruik van kieswijzers, zoals StemWijzer of Kieskompas. Voor de aankomende Tweede Kamerverkiezingen zijn opnieuw tientallen van zulke websites beschikbaar. Uit onderzoek is bekend dat met name zwevende kiezers zich vaak door de uitkomst van een stemhulp laten leiden. Het is daarom van groot belang dat kieswijzers deugdelijke worden ontworpen. In de campagne worden daar steevast vraagtekens bij geplaatst. Zowel politieke partijen als kiezers hebben geregeld kritiek op kieswijzers en ook in het wetenschappelijke onderzoek naar hun ontwerp worden soms stevige noten gekraakt. Is die kritiek terecht en zo ja, hoe ernstig is deze? Is er een zó fundamentele tekortkoming dat we kunnen spreken van een blinde vlek?
De kritische opmerkingen die door kiezers vermoedelijk het meest worden gemaakt, betreffen de inhoud van het advies dat niet zou deugen. Sprekende voorbeelden zijn jongeren die onverwacht aan 50PLUS worden gekoppeld, of overtuigde atheïsten die volgens een kieswijzer bij de ChristenUnie zouden passen. Hoewel dergelijke uitkomsten niet voor de hand liggen, wil dat niet zeggen dat het advies niet klopt. Wanneer een niet-religieuze kiezer dezelfde standpunten heeft als de ChristenUnie bij thema’s als onderwijs, milieu, financiën, immigratie, gezondheidszorg en democratische vernieuwing, dan kan die partij wel degelijk het meest passend zijn. We moeten ons realiseren dat het doel van kieswijzers niet is om bestaande voorkeuren te voorspellen, maar om te beoordelen in welke mate kiezers het eens zijn met de standpunten van de politieke partijen. Wanneer kieswijzers bestaande voorkeuren altijd zouden onderschrijven, zouden ze hun waarde meteen verliezen.
Niet alleen kiezers plaatsen vaak vraagtekens bij kieswijzers, ook politieke partijen laten soms van zich horen. Politieke nieuwkomers zijn nogal eens ontstemd dat ze niet in een kieswijzer zijn opgenomen. Ook deze kritiek is niet overtuigend. Het is toch niet teveel gevraagd om als nieuwe politieke partij eerst aan te tonen dat je op eigen kracht ten minste één zetel in het parlement weet te bemachtigen, voordat de makers van kieswijzers je net zo serieus nemen als andere politieke partijen? Een andere vorm van kritiek betreft de selectie van stellingen, die nooit iedereen tevreden kan stellen. Elke partij zal eigen wensen hebben. De kracht van kieswijzers is dat ze een breed scala aan onderwerpen aan bod laat komen. Vanuit dat perspectief zijn kieswijzers die gericht zijn op een bepaalde doelgroep (bijvoorbeeld zelfstandige ondernemers) of een specifiek thema (bijvoorbeeld natuur- en milieubeleid) te eenzijdig. De meest populaire kieswijzers laten altijd een breed scala aan verschillende onderwerpen aan bod komen, al zal altijd betwist kunnen worden of een andere selectie beter was geweest.
In het wetenschappelijke onderzoek naar het ontwerp van kieswijzers hebben andere aspecten de aandacht getrokken. Eén ervan is de rekenmethode die wordt gebruikt om de antwoorden op de stellingen in een advies om te zetten. Deze heeft een zeer sterke invloed op het advies dat wordt gegeven. Vooral wanneer stemadviezen worden gebaseerd op zogeheten ruimtelijke modellen, zoals bij Kieskompas, doen zich problemen voor. Vaak zal een kiezer het meer eens zijn met een andere partij dan die welke in het plaatje het meest dichtbij staat. Dat komt doordat de stellingen die aan kiezers worden voorgelegd zich niet goed laten terugbrengen tot één of twee ideologische dimensies.
Wetenschappelijke inzichten over de betekenis van democratie en de rol van verkiezingen brengen een andere tekortkoming van kieswijzers aan het licht. De functie van verkiezingen in het democratisch proces is tweeledig. Ten eerste dienen zij om machthebbers (regering en parlement) verantwoording te laten afleggen over hun gedrag in de voorbije periode. Tegelijkertijd vervullen verkiezingen een tweede functie, namelijk het verschaffen van een mandaat aan de politieke partijen voor de toekomst. Een kieswijzer die beide functies van verkiezingen tot zijn recht wil laten komen, zal in de selectie van stellingen voor een evenwichtige mix moeten zorgen van besluiten die in de voorbije regeerperiode zijn genomen en onderwerpen die relevant zijn voor de volgende regeerperiode. De meeste stemhulpen richten hun blik echter vrijwel uitsluitend op de toekomst. Een uitzondering bestaat in de vorm van StemmenTracker, die gebaseerd is op politieke besluiten uit het verleden. Maar in deze stemhulp ontbreekt dan weer de even relevante blik op de toekomst. Het blijft wachten op een goede stemhulp die aan beide functies tegelijk recht doet.
Kort samengevat kan men stellen dat veel van de kritiek op kieswijzers, zowel van kiezers als van politieke partijen, niet terecht is. Toch is er één fundamenteel bezwaar dat tegen vrijwel alle kieswijzers kan worden ingebracht. Ze zijn gefocust op de plannen van politieke partijen voor de toekomst en hebben geen oog voor het laten afleggen van verantwoording over de standpunten in de afgelopen regeerperiode, terwijl dat een belangrijke functie van verkiezingen is. Dat is de blinde vlek van kieswijzers.
Deze tekst is een verkorte versie van een artikel dat verschijnt in het volgende nummer van B en M – Tijdschrift voor Beleid, Politiek en Maatschappij.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.