Sociale onrust uitmondend in rellen. We kennen het uit de Parijse banlieus in 2005 en de Londense ‘boroughs’ in 2011. Maar nu zijn er ook rellen in een stad waar je het niet zo snel zou verwachten: Stockholm.
Zweden wordt vaak gezien als het Walhalla van sociale voorspoed; als de plek waar het iedereen economisch voor de wind gaat en waar iedereen gezond en gelukkig is. Een paar maanden geleden schreef The Economist een lofzang op Zweden en de andere Scandinavische landen.
Het is echter al lange tijd duidelijk dat het in Scandinavië niet alleen maar rozengeur en maneschijn is. Denk aan de cartoonrellen in Denemarken en de aanslagen van Anders Breivik in Noorwegen. Ook hebben de laatste jaren in zowel Denemarken als Noorwegen rechts-radicale populistische partijen flink wat successen weten te boeken. Aan Zweden leek maatschappelijke onrust echter lange tijd voorbij te gaan. Hier waren geen rellen en populisten wisten lange tijd geen voet aan de grond te krijgen. Hoe kan dat?
Volgens Jens Rydgren is een belangrijke oorzaak dat in Zweden economische onderwerpen lang de politieke agenda hebben gedomineerd. Waar in landen als Denemarken (maar bijvoorbeeld ook Nederland, Oostenrijk, Frankrijk en veel andere landen) culturele thema’s steeds dominanter werden in het publieke debat, bleef men in Zweden het vooral over de economie hebben. Dit kwam waarschijnlijk mede doordat de Zweedse rechts-radicale populisten – de Zweden Democraten – een sterk negatief imago hadden en lange tijd werden geassocieerd met het fascisme. Gevestigde politieke partijen hanteerden daarom een ‘dismissive’ strategie: ze besloten geen aandacht te besteden aan het centrale thema van de Zweden Democraten – immigratie en integratie – en sloten iedere samenwerking uit. Ze creëerden zo een soort cordon sanitaire.
Maar toch stellen verschillende onderzoekers dat Zweden uiteindelijk helemaal niet zo anders is dan de meeste West-Europese landen (zie bijvoorbeeld hier). Oké, het succes van populistisch radicaal rechts bleef hier lange tijd uit, maar de opvattingen die burgers er op nahielden op het gebied van migratie en integratie verschilden tijdens al die jaren helemaal niet zo sterk van de opvattingen van mensen in andere landen. Ook in Zweden vonden veel mensen dat de immigratie van niet-westerse allochtonen maar eens flink ingeperkt moest worden.
Bovendien is het thema immigratie de laatste jaren langzaam steeds meer op de politieke agenda terecht gekomen. Bij de laatste landelijke verkiezingen in 2010 haalden de Zweden Democraten 5.7% van de stemmen en boekten ze ook flinke winsten bij lokale verkiezingen. De partij raakt steeds meer geaccepteerd waardoor het de vraag is of de ‘dismissive’ strategie van de gevestigde partijen nog lang zal werken. En dan zijn er nu dus ook de Stockholmse rellen.
Het ziet er naar uit dat Zweden toch geen uitzonderlijk walhalla is – en dat bovendien ook nooit echt was.
Wie wel eens een boek uit Zweden gelezen heeft, bijvoorbeeld de romans van Sjowall & Wahloo uit de jaren ’65/’75 kon al weten dat toen ook immigranten (toen vooral Finnen en Joegoslaven) aan de sociaal-economische onderkant leefden en werden gediscrimineerd door ‘echte’ Zweden. De verbazing nu over rellen met autobranden in buitenwijken is net zo raar als een negatief reisadvies.
Deense onderzoekers wijten weleens het ‘succes’ van het Zweedse welvaartsmodel aan de zware investeringen in Zweden in academisch toerisme. Oftewel, het model werd een succes omdat patriottische Zweedse onderzoekers overal op de wereld een lofzang over eigen land hielden.