Enkele weken geleden sprak Joost Vullings bij Politieke Junkies over de emotie-inflatie in de Tweede Kamer: “Vroeger waren Kamerleden verbaasd over kwesties, later werd dat geschokt, tegenwoordig zijn ze compleet verbijsterd.” De tijdelijke Kamervoorzitter Arib refeerde naar dit betoog bij de afsluiting van de Kamer voor het reces.
Stuk Rood Vlees zou Stuk Rood Vlees niet zijn als we dit niet zouden narekenen. Zijn Kamerleden minder vaak verbaasd? En vaker geschokt of zelfs verbijsterd? We tellen het aantal Kamerdebatten per jaar waarin de termen ‘verbaasd’, ‘geschokt’ en ‘verbijsterd’ voorkomen. U vindt de resultaten in de figuur hieronder.
Vullings had in één opzicht gelijk: Kamerleden zijn minder vaak verbaasd: in 1995 waren er 145 debatten waarin deze term werd gebruikt. In 2015 zijn dit slechts 128 debatten. We zien een heldere neerwaartse trend als we alle data tussen 1995 en 2015 vergelijken. Kamerleden zijn iets vaker geschokt: dit gaat van 13 naar 18 keer in twintig jaar – maar er is geen heldere trend te zien. Verbijsterd ging van vijf naar dertien keer. Hier is een beperkte opwaartse trend zichtbaar.
Vullings gebruikte zijn voorbeelden om te illusteren dat het taalgebruik in de Kamer steeds emotioneler is geworden. Het opvallende is juist dat dit niet zichtbaar is. De heldere neerwaartse beweging van verbaasd wordt niet gecompenseerd door geschokt of verbijsterd. Als we de criteria van Vulling dus hanteren is de Kamer tussen de zakelijke jaren ’90 en nu door de opkomst van Fortuyn en Wilders, het populisme, de banken-, klimaat- en economische crisis niet emotioneler geworden. Sterker nog het aantal debatten waarin zulke termen worden gehanteerd is afgenomen.
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.