De coronacrisis stelt de solidariteit in Europa op de proef. Waar landen zoals Nederland en Duitsland over genoeg financieel vermogen beschikken om bedrijven te ondersteunen tijdens de coronacrisis is dat voor landen zoals Spanje en Italië een stuk moeilijker. Daarom pleitten onder andere Angela Merkel en Emmanuel Macron in mei 2020 voor een Europees herstelfonds. Mede uit vrees voor een Eurosceptische backlash, stelden regeringsleiders van de noordelijke lidstaten zich aanvankelijk een stuk terughoudender op, met name die van de zogenaamde Frugal Four (Denenmarken, Nederland, Oostenrijjk, en Zweden).
Ondanks de terughoudende opstelling van de ‘zuinige vier’, kwam het op 21 juli 2020 tot een Europees akkoord voor een tijdelijk Europees ‘coronafonds’. Het NextGenerationEU plan behelst een vergaand financieel steunpakket van €750 miljard voor Europese lidstaten en wordt deels gefinancierd door nieuwe gezamenlijke Europese schulden.[1] Daarmee hebben Europese regeringsleiders een grote stap gezet in de richting van fiscale integratie in de EU.
Voordat het Europees herstelfonds in werking kan treden moet de Europese parlementen, waaronder de Tweede Kamer, het nog ratificeren.[2] Maar is er eigenlijke voldoende publieke steun voor zo’n Europees herstelfonds? Is er draagvlak voor Europese solidariteit tijdens de coronacrisis, of is de angst voor een Eurosceptische tegenreactie gerechtvaardigd?
Om deze vragen te beantwoorden hebben wij in juli 2020 onderzoek gedaan naar de publieke steun voor een Europees coronafonds in vijf verschillende EU-lidstaten: Frankrijk, Duitsland, Italië, Nederland en Spanje. Deze lidstaten geven de Noord-Zuid spanningen in de EU goed weer. Daarbij onderzochten we de publieke steun voor verschillende mogelijke beleidsontwerpen van het herstelfonds. Ook keken we naar hoe de publieke steun verschilt tussen de vijf landen.
Publieke opinie over fiscale integratie in de EU
Fiscale integratie is een gevoelig thema. Bij fiscale integratie op Europees niveau worden financiële risico’s gedeeld door de lidstaten. Een vorm van verregaande solidariteit dus. Bestaand onderzoek suggereert echter dat beleidsmakers het de publieke steun voor fiscale integratie in de EU hebben onderschat. Ook vóór de pandemie was er bereidheid voor Europese solidariteit in geval van grote werkloosheid of een economische crisis. Onderzoek laat verder zien dat er aanzienlijke steun is onder Duitse burgers voor het aangaan van gemeenschappelijke Europese schulden als dat het scenario afwendt dat Italië de Eurozone verlaat. Deze studies suggereren dat – onder de juiste omstandigheden – een vorm van fiscale integratie op voldoende steun kan rekenen van de Europese burgers.
Beleidsopties voor een Europees corona-herstelfonds
Om na te gaan of er steun is voor een Europees herstelfonds in Frankrijk, Duitsland, Italië, Nederland en Spanje hebben wij een zogenaamd conjoint experiment uitgevoerd op basis van een nationaal representatieve steekproef uitgevoerd door IPSOS.
In ons experiment moesten de respondenten twee verschillende scenario’s voor een Europees herstelfonds vergelijken en vervolgens aangeven welk scenario hun voorkeur had. De scenario’s bestaan uit een aantal beleidsopties die in Tabel 1 getoond worden. Deze opties voor het Europees herstelfonds zijn een goede weerspiegeling van het politieke debat in de zomer vorig jaar. In het experiment werden de eigenschappen van de twee scenario’s gerandomiseerd om zo na te kunnen gaan welke beleidseigenschappen op meer publieke steun kunnen rekenen.
Steun voor een Europees corona-herstelfonds
Figuur 1 toont aan hoeveel een bepaalde beleidsoptie het draagvlak voor het herstelfonds vergroot of verkleint voor elk van de vijf landen. Uit Figuur 1 blijkt dat de burgers over het algemeen een sterke voorkeur hebben voor herstelfonds dat niet alleen de gezondheidszorg in EU-lidstaten ondersteunt, maar ook financiële steun biedt voor economisch herstel. Ook de “green deal”-versie wordt op prijs gesteld: Als het herstelfonds ook gericht is op het aanpakken van de klimaatverandering, neemt het draagvlak in de meeste landen (m.u.v. Nederland) toe ten opzichte van een programma dat alleen gericht is op het ondersteunen van de gezondheidszorg.
Wat de financiering van het herstelfonds betreft, staan de respondenten enigszins sceptisch tegenover het idee van een gezamenlijke Europese schuld. In alle vijf landen neemt de steun voor het herstelfonds af ten opzichte van het alternatieve scenario waarin bestaande middelen uit de EU begroting worden gebruikt. Het is opmerkelijk dat dit voor alle vijf landen geldt en dus ook voor Spanje en Italië.
Waar we wel een groter verschil tussen de vijf landen zien is op het vlak van terugbetaling. Waar Italiaanse en Spaanse burgers gemiddeld voor subsidies zijn, zijn Duitse, Franse, en Nederlandse burgers voor leningen die moeten worden terugbetaald. Dit weerspiegelt de Noord-Zuid spanningen die de Eurozone sinds de Eurozone crisis plagen.
Als het om de verdeling van de gelden in het herstelfonds gaat zijn Europese burgers eensgezind dat landen die zwaarder getroffen zijn door de crisis meer gelden moeten krijgen. Dit sentiment is weliswaar sterker onder de Italianen en Spanjaarden, maar ook burgers in Duitsland, Frankrijk en Nederland ondersteunen gemiddeld deze vorm van Europese solidariteit.
Moet dit herstelfonds worden afgebouwd als de coronacrisis voorbij is, of willen burgers dat het een permanent fonds wordt dat in een nieuwe crisis van stal gehaald kan worden? Figuur 1 toont dat Duitse en Nederlandse burgers hier onverschillig tegenover staan. In Frankrijk, Italië en Spanje daarentegen is de steun voor zo’n permanent fonds groter dan voor een tijdelijk fonds.
Ten slot zien we wat governance betreft dat burgers uit de meeste landen liever een oplossing zien waarin de nationale ministers van financiën gezamenlijk de verantwoordelijkheid dragen voor het beheren van fonds – in plaats van dat de verantwoordelijkheid bij de Europese Commissie of bij de lidstaten zelf ligt.
Maatschappelijk draagvlak voor het herstelfonds
Hoewel deze resultaten veel zeggen over hoe bepaalde beleidskeuzes omtrent het herstelfonds de publieke opinie beïnvloeden, zeggen ze niet zo veel over het maatschappelijk draagvlak van het herstelfonds. In Figuur 2 vergelijken we de publieke steun voor het eigenlijke Europese akkoord van 21 juli (onder de noemer van NextGenerationEU)met andere mogelijke scenario’s van het herstelfonds.
We zien dat de publieke steun voor het NextGenerationEU scenario varieert van 47% van de respondenten (in de conservatieve schatting) tot ongeveer 69% van de respondenten. Als we het Europese akkoord vergelijken met het populairste scenario (gebaseerd op de beleidsopties die gemiddeld het meeste steun kregen) dan valt het op dat het verschil in politieke steun niet zo groot is. Nu gaat het bij de NextGenerationEU om tijdelijk fonds dat na de coronacrisis wordt afgebouwd. Als Europese leiders hier een permanent fonds van zouden maken dat in toekomstige crises weer geactiveerd kan worden, dan is de publieke steun nog een stuk groter (minimaal 50% tot ongeveer 72%).
Het herstelfonds en Europese integratie
Met het NextGenerationEU pakket de EU een grote stap gezet in de fiscale integratie van de EU. Ons onderzoek toont aan dat hoewel steun voor zo’n Europees corona-herstelfonds verschilt tussen landen, er over het algemeen publieke steun is voor zo’n gemeenschappelijk Europees begrotingsinstrument.
Hoewel de burgers niet enthousiast zijn over het aangaan van gemeenschappelijke Europese schulden, blijkt dit niet doorslaggevend te zijn voor de publieke steun van het herstelfonds in z’n geheel (zie Figuur 2). Sterker nog, als Europese leiders het RRF omvormen tot een permanent fonds om zo toekomstige crises het hoofd te bieden, vergrootten ze daarmee het politiek draagvlak voor het herstelfonds onder de Europese burgers.
[1] De kern van NextGenerationEU is de € 672.5 miljardtellende faciliteit voor herstel en veerkracht (Recovery and Resilience Facility, RRF).
[2] De lidstaten moeten het Eigenmiddelbesluit ratificeren zodat de EU zelf leningen kan aangaan op de financiële markten en de gelden kunnen worden verdeeld.
“EU flag at the European Parliament” by European Parliament is licensed under CC BY-NC-ND 2.0. No changes were made other than fitting the original picture to the available space.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.