Bij de komende Kamerverkiezingen is er een enorm stembiljet. Er doen in totaal 37 partijen mee. Sinds 1933 hebben er niet zo veel partijen aan verkiezingen meegedaan. Van die partijen doen er 20 voor het eerst mee aan de verkiezingen. Hieronder zijn de nieuwe pro-Europese partij VOLT, de partij voor plattelandsbewoners de BoerBurgerBeweging en Splinter van het tweemaal afgescheiden Kamerlid Femke Merel van Kooten-Arissen. In recent onderzoek kijken wij vanuit een geïntegreerd perspectief waarom nieuwe partijen worden opgericht én waarom mensen op ze stemmen.
Gat in de markt
We baseren ons op werk van onder meer de politicoloog Anthony Downs. Het kernidee is dat nieuwe partijen opkomen als er een gat in de markt is. Hiermee bedoelen we dat er politieke ruimte is die de bestaande politieke partijen niet aanspreekt. Er zijn verschillende manieren waarop je de politieke ruimte kan benaderen. Het kan gaan om politieke onderwerpen die de bestaande partijen niet adresseren. Maar het kan ook gaan om algemene onvrede met het politieke systeem. Een andere optie is ruimte die over is op de links-rechtsdimensie.
In onze publicaties (1 en 2) diepen we deze verschillende manieren waarop ruimte kan ontstaan allemaal uit. In deze post, richten we ons uitsluitend op de ideologische links-rechtsdimensie. Het idee is dat naarmate er meer kiezers zijn die aangeven dat bestaande partijen ver van hen af staan, er meer nieuwe partijen zullen toetreden. Dit kunnen partijen zijn door ontevreden burgers opgericht worden die zich niet vertegenwoordigd voelen door de bestaande partijen. Maar het ook zijn dat er politieke entrepreneurs zijn die op meer opportunistische wijze op zoek zijn naar niet-vertegenwoordigde burgers. Kiezers zullen deze nieuwe partijen vervolgens belonen als ze dichter bij hen staan dan de bestaande partijen.
Baudet & Bij1
Dit idee wordt prachtig weergegeven door twee tweets. Een halfjaar voor de verkiezingen van 2017 twitterde de dan nog niet-partijgebonden conservatieve intellectueel Baudet: “VVD is een linkse werkgeverspartij. Pro-immigratie, pro-EU. Heel slecht voor Nederland!” In zijn ogen was er dus ruimte voor een nieuwe partij op rechts. Een paar maanden later richtte hij Forum op.
Maar we zien dit ook in een recente tweet van een activist van Bij1. De meme in die tweet die ik hieronder heb gereconstrueerd, stelt dat volgens deze kiezer de meeste bestaande partijen rechts van het midden staan. Zelfs de meest linkse partijen in de Tweede Kamer staat volgens deze kiezer net links van het midden. Er is dus ruimte voor een nieuwe partij op links, in de ogen van deze persoon is dat Bij1.
We laten in het midden of de VVD echt een linkse partij is, of juist de SP eigenlijk een rechtse partij is. Wat voor ons belangrijk is, zijn de percepties. Dit is hoe de groep mensen die Bij1 en FVD hebben opgericht de politieke ruimte ervaren. Het is waarschijnlijk ook hoe mensen die op deze partijen stemmen dat doen.
Onderzoek naar kiezers en partijen
Om onze verwachtingen te testen, maken we gebruik van de Comparative Study of Electoral Systems (CSES). Dit is een groot databestand dat kiezersonderzoek bevat rondom een heleboel verkiezingen die over de hele wereld plaatsvonden. Zo wordt in Nederland vlak na elke verkiezing het Nederlands Kiezersonderzoek (NKO) uitgevoerd. Dit soort onderzoek wordt ook in het buitenland gedaan. Er worden in meerder landen een aantal dezelfde vragen gesteld worden. Deze worden samengebracht in de CSES. Deze databank biedt dus een heel goede manier om vergelijkend verkiezingsonderzoek te doen.
Voor een groter project heeft één van ons alle nieuwe partijen die in West Europa ontstaan zijn tussen 1945 en nu geteld. In dit paper onderzoeken wij op basis hiervan of verschillende voorkeuren tussen kiezers en partijen op de links-rechtsdimensie kunnen voorspellen waarom nieuwe partijen ontstaan.
Waarom mensen nieuwe partijen oprichten
Concreet vergelijken we de verdeling tussen waar kiezers zichzelf plaatsen op de links-rechts dimensie en waar zij de partijen plaatsen die vertegenwoordigd zijn in het parlement. Vervolgens berekenen we de mate van overlap tussen beide verdelingen aan de hand van de zogenaamde Earth’s Mover’s Distance. Die kijkt hoeveel moeite het zou kosten om de ene verdeling (van kiezers) precies op de andere verdeling (van partijen) te leggen. Naarmate dat er minder overlap bestaat tussen die verdelingen, verwachten we dat er meer nieuwe partijen ontstaan.
De figuur bevestigt onze verwachting. De x-as geeft aan in welke mate de links-rechtsposities van kiezers en bestaande partijen overlapten bij de vorige verkiezingen. Een hogere score betekent minder overlap. Langs de y-as staat het aantal nieuwe partijen dat toetreedt in een bepaalde verkiezing. We zien hier dus dat het aantal nieuwe partijen inderdaad duidelijk toeneemt naarmate er in de vorige verkiezingen minder overlap was in de voorkeuren van kiezers en bestaande partijen.
Het kan zijn dat de oprichters van nieuwe partijen opportunisten zijn die hun kans zien om electoraal succes te behalen. Maar het kan ook zo zijn dat de oprichters zelf ontevreden burgers zijn en daarom een nieuwe partij oprichten.
Waarom mensen op nieuwe partijen stemmen
De tweede vraag is of kiezers nieuwe partijen ook belonen als ze dichter bij hen staan dan de bestaande partijen. Hiervoor kijken we naar drie gegevens: waar kiezers zichzelf neer zetten op de links-rechtsdimensie, waar zij nieuwe partijen plaatsen en waar zij bestaande partijen plaatsen. Als een kiezer de meest dichtbij staande nieuwe partij dichterbij zichzelf plaatst dan de meest dichtbij staande bestaande partij, verwachten wij dat de kans groter wordt dat deze kiezer op een nieuwe partij zal stemmen.
In de bovenstaande figuur kan je dat patroon mooi zien. De x-as is de afstand tussen de meest dichtbij geplaatste nieuwe partij en de meest dichtbij geplaatste bestaande partij. De y-as is de kans dat iemand op een nieuwe partij stemt. We zien hier dat als deze nieuwe partij even dichtbij staat als de bestaande partij (het middenpunt op de x-as), de kans maar heel klein is dat de kiezer op een nieuwe partij stemt. Maar naarmate de score op de x-as verder toeneemt loopt deze kans snel op: dat betekent dat de afstand van de meest dichtbij staande gevestigde partij tot de nieuwe partij toeneemt. Als meest dichtbij staande nieuwe partij bijvoorbeeld twee posities dichterbij staat dan de meest dichtbijstaande gevestigde partij, dan is de kans al 40 % dat er op een nieuwe partij gestemd gaat worden.
Waarom zoveel in 2021?
We vinden sterke ondersteuning voor ons geïntegreerde perspectief: naarmate de afstand tussen kiezers en bestaande politieke partijen toeneemt, groeien nieuwe partijen zowel in aantal als in stemmen. Het is de vraag waarom er in 2021 zoveel nieuwe partijen op het stembiljet staan. Dit heeft mogelijk te maken met twee trends die we zien. Aan de ene kant zien we dat veel media, zoals de Trouw, stellen dat zowel GroenLinks, PvdA en D66 als de VVD en het CDA naar links opgeschoven zijn op economisch terrein. De verplaatsing van CDA en VVD betekent dus dat er vanuit het perspectief van mensen met economisch rechtse opvattingen, ruimte kan ontstaan voor een nieuwe rechtse partij. De toetreding van het neoliberaal-populistische JA21 is een voorbeeld van een nieuwe partij die in het opengelaten door de VVD is gesprongen.
Aan de andere kant zien we dat op cultureel terrein veel partijen volgens politicologen als Willem Schinkel, de agenda van radicaal rechts overgenomen hebben. Dat betekent dus dat er vanuit het perspectief van mensen met cultureel linkse opvattingen, ruimte is voor een nieuwe progressieve partij. Deze dubbele verschuiving betekent dat er bij deze verkiezingen een hoop ruimte kan zijn voor nieuwe partijen. De toetreding van het Bij1 is een voorbeeld van een nieuwe partij die in het opengelaten aan de linkerkant is gesprongen.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.