De komende Tweede Kamerverkiezingen in Nederland zullen anders dan gebruikelijk verlopen. Zo wordt 70-plussers de mogelijkheid gegeven om per brief te stemmen. Deze stemmethode wordt door burgers minder vertrouwd dan het traditionele stempotlood. Dat betekent niet dat we meteen hoeven te vrezen voor Amerikaanse toestanden. Het vertrouwen onder Nederlandse burgers in de integriteit van het democratisch proces is groot.
Unieke verkiezingen
De Tweede Kamerverkiezingen van 2021 zijn nu al uniek te noemen. Om het stemmen ten tijde van de coronapandemie veilig te laten verlopen, heeft minister Ollongren van Binnenlandse Zaken een aantal voorstellen gedaan. De belangrijkste: de verkiezingen worden uitgesmeerd over drie dagen, de mogelijkheden tot het stemmen per brief worden verruimd en kiezers kunnen drie in plaats van twee volmachtstemmen uitbrengen.
Briefstemmen
Vooral het briefstemmen is niet onomstreden. De Kiesraad wijst in een advies op de risico’s van deze stemmethode. Bij briefstemmen zijn er, anders dan in een stemlokaal, meer mogelijkheden tot ‘beïnvloeding’ bij het stemmen, bijvoorbeeld door familieleden. Stembiljetten kunnen makkelijker worden onderschept en gemanipuleerd. En, zo schrijft de Kiesraad, stembiljetten kunnen te laat (of zelfs helemaal niet) aankomen door logistieke problemen.
Ook burgers twijfelen over het briefstemmen. Een eerdere bijdrage van Tom van der Meer op StukRoodVlees, op basis van data uit 2017, liet al zien dat briefstemmen als veel minder betrouwbaar wordt gezien dan stemmen in een stembureau.
Onze data, van november 2020, laat een vergelijkbaar beeld zien. In vergelijking met andere vormen van stemmen is het vertrouwen in de briefstem relatief laag. Een meerderheid van alle Nederlanders (67%) vertrouwt deze stemmethode weliswaar, tegelijkertijd zegt ongeveer een op de vier ‘heel weinig’ of ‘weinig’ vertrouwen te hebben. Dat aandeel is veel groter dan bij het reguliere stemmen per stembiljet.
Amerikaanse toestanden?
Het briefstemmen is dit jaar extra onder een vergrootglas komen te liggen door de presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten. Oud-president, Donald Trump, liet geen mogelijkheid onbenut om twijfel te zaaien over het zogenaamde postal voting.
Hij schuwt ook andere tactieken niet om de integriteit van het democratisch proces in twijfel te trekken. Juridisch gezien is dit zonder gevolgen gebleven. Alle zaken die zijn team begon om de uitslag van de verkiezingen aan te vechten zijn op niets uitgelopen.
Er zijn wel politieke gevolgen. Peilingen net na de verkiezingen lieten al zien dat ongeveer de helft van de Republikeinen gelooft dat Trump eigenlijk (rightfully) de verkiezingen heeft gewonnen. Volgens diezelfde peiling denkt 67% van de Republikeinen dat de verkiezingen niet eerlijk (rigged) verlopen zijn (zie ook hier).
Een dergelijke situatie lijkt in Nederland ver weg. Twee op de drie Nederlanders verwachten dat de Tweede Kamerverkiezingen eerlijk zullen verlopen, slechts 6% denkt van niet. Alleen aanhangers van de PVV en FVD zijn wat sceptischer over een integer democratisch proces.
Een ander groot verschil: het algehele vertrouwen in de politiek is in Nederland relatief groot: 67% van de Nederlanders heeft ‘veel’ of ‘een beetje’ vertrouwen in de politiek in zijn algemeenheid. Een kwart (27%) heeft ‘weinig’ of ‘heel weinig’ vertrouwen. Opnieuw zijn het PVV’ers en aanhangers van FVD die het meest wantrouwend zijn, maar ook onder aanhangers van de SP is een opvallend grote groep die zegt de politiek niet te vertrouwen.
Onze komende verkiezingen vinden dus misschien wel onder unieke omstandigheden plaats, maar zijn tegelijkertijd stevig ingebed in een context van institutioneel vertrouwen. Dat moet, voor eenieder die Amerikaanse toestanden vreest, een geruststelling zijn.
Ron De Jong zegt
Het vertrouwen in briefstemmen is niet heel hoog, zo blijkt uit de cijfers, maar vergeleken met de cijfers uit 2017 (de bijdrage van Tom waarnaar je verwijst), neemt het duidelijk toe. Stond in 2017 het vertrouwen in briefstemmen stijf onderaan met 1,2%, nu staat internetstemmen laatste. Ik voorspel dat dit vertrouwen nog sterk gaat stijgen nadat men er in maart ervaring mee heeft gekregen. De waardering heeft volgens mij namelijk een sterke samenhang met ervaring met de verschillende stemmethoden.
De Amerikaanse toestanden zijn inderdaad nog ver weg en ik verwacht niet dat ze zich in Nederland zullen voordoen, maar ik denk wel dat het grote vertrouwen als sneeuw voor de zon wegsmelt wanneer, net als in de VS, politieke leiders zich tegen de stemmethoden en daarmee de uitslag keren. Dat hoge vertrouwen is een broos bezit en bestaat bij de gratie dat de politieke leiders de uitslag accepteren. Anders kunnen we nog voor verrassingen komen te staan.