Met de opkomst van partijen als DENK en Bij1 in recente jaren is meer dan ooit aandacht voor etnische diversiteit in de politiek. En dat blijkt niet voor niets. Partijen met een groter aandeel kandidaten met een migratieachtergrond zijn populairder onder kiezers met een migratieachtergrond. Bovendien trekken dergelijke kandidaten zelf ook de etnische stem.
Niet alleen hebben tegenwoordig bijna alle politieke partijen in de Tweede Kamer kandidaten met een migratieachtergrond op de kandidatenlijst staan – alleen de Partij voor de Dieren en de SGP hadden geen kandidaten met een migratieachtergrond op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer verkiezingen van 2017 – ook in veel partijprogramma’s is er aandacht voor de belangen van deze groep Nederlanders.
Heeft de politieke vertegenwoordiging van Nederlandse politici met een migratieachtergrond in de Tweede Kamer daadwerkelijk invloed op de stemvoorkeuren van kiezers?
Onder- en oververtegenwoordiging
Voordat we iets kunnen zeggen over de invloed van de politieke vertegenwoordiging van kiezers met een migratieachtergrond op hun stemvoorkeuren, moeten we eerst weten hoe het staat met die politieke vertegenwoordiging. Uit mijn proefschrift blijkt dat voor de Tweede Kamerverkiezingen van 2010 tot en met 2017 het aandeel Nederlanders met een Turkse of Marokkaanse achtergrond op kandidatenlijsten en in de Tweede Kamer ongeveer gelijk en soms zelfs groter was dan het aandeel van deze groepen in de samenleving. Dit terwijl andere groepen met een migratieachtergrond – zoals Surinaamse of Antilliaanse Nederlanders – ondervertegenwoordigd zijn. Bij de Tweede Kamerverkiezing van 2017 is er zelfs geen enkele kandidaat met een postkoloniale achtergrond verkozen. Ook vond ik dat politieke partijen met progressieve standpunten over integratie- en migratievraagstukken een groter aandeel van kandidaten met een migratieachtergrond op hun kandidatenlijsten plaatsten. Dit laat zien dat partijen die in hun partijprogramma zich in lijken te zetten voor Nederlanders met een migratieachtergrond, hier ook binnen hun eigen partij mee bezig zijn.
Zelfs als Nederlanders met een migratieachtergrond voldoende vertegenwoordigd zijn in politieke partijen en in de Tweede Kamer, zegt dit nog niets over de stemvoorkeuren van kiezers met (en zonder) migratieachtergrond. We weten niet of zij stemmen op partijen die ernaar streven hun belangen te behartigen.[1] Ik onderzocht daarom eveneens of de partijvoorkeur van Nederlanders met een migratieachtergrond wordt beïnvloed door het aantal kandidaten met een migratieachtergrond. Daarnaast bekeek ik in hoeverre de voorkeur van kiezers met een migratieachtergrond voor een bepaalde partij afhangt van de mate waarin partijen de belangen van deze groep behartigen. Tot slot ging ik na of kandidaten met een migratieachtergrond stemmen trekken onder mensen met een migratieachtergrond.
Linkse partijen en de etnische stem
Hoewel bijna alle politieke partijen kandidaten met een migratieachtergrond op hun lijsten in Nederland hebben, komt dit het meest voor bij linkse partijen. Niet alleen is er een grotere kans dat linkse politieke partijen kandidaten met een migratieachtergrond nomineren, ze trekken ook vaker de etnische stem. Hoewel de PvdA bij nationale verkiezingen in ieder geval tot en met 2015 een van de populairste partijen was voor Nederlanders met een migratieachtergrond, vond ik echter ook dat er verschillen zijn in de partijkeuze tussen verschillende groepen. Vooral kiezers met een niet-westerse achtergrond en mensen met een lage sociaaleconomische status stemmen vaker voor de PvdA, terwijl partijen als de VVD en PVV ook populair zijn onder kiezers met een westerse achtergrond. Daarnaast blijkt dat partijen die een groter aandeel kandidaten met een migratieachtergrond op hun kandidatenlijst hebben staan ook populairder zijn onder kiezers met een migratieachtergrond. Het lijkt er dus op dat etnische diversiteit in de politiek inderdaad loont. Dit is vooral het geval wanneer de kiezer dezelfde migratieachtergrond heeft als de kandidaat, bijvoorbeeld hoe groter het aandeel kandidaten met een Turkse achtergrond er op de kandidatenlijst van een partij staan, hoe populairder de partij bij kiezers met een Turkse achtergrond. Ook partijen die progressievere standpunten hebben over integratie- en migratievraagstukken zijn populairder, maar dit is vooral belangrijk voor kiezers met een niet-westerse achtergrond en niet voor kiezers met een westerse achtergrond.
Het belang van substantieve vertegenwoordiging
De PvdA heeft een relatief groot aandeel kandidaten met een migratieachtergrond op haar kandidatenlijst. Dit is echter niet de partij die Nederlanders met een migratieachtergrond het beste vertegenwoordigt als het gaat om economische, integratie- en migratievraagstukken. Dit suggereert dat, ondanks het aandeel kandidaten met een migratieachtergrond bij deze partij, andere partijen wellicht een betere keuze zijn wat betreft inhoudelijke belangen, oftewel substantieve vertegenwoordiging. Dit kan voor een deel de populariteit van partij DENK in de meest recente Tweede Kamerverkiezingen van 2017 verklaren. Het lijkt erop dat deze partij de juiste samenstelling van de kandidatenlijst heeft gevonden in combinatie met een partijprogramma met onderwerpen die belangrijk zijn voor bepaalde etnische groepen in Nederland.
Voorkeuren voor specifieke kandidaten
Kandidaten met een migratieachtergrond spelen niet alleen een rol in partijvoorkeuren, maar lijken ook van invloed op de voorkeur voor specifieke kandidaten. Kandidaten met een migratieachtergrond trekken een groter deel van de stemmen in buurten met een grotere groep Nederlanders met een migratieachtergrond. In hoeverre dit het geval is, is wel afhankelijk van de specifieke migratieachtergrond, partij en geslacht van de kandidaat. Ook bij de voorkeuren voor kandidaten blijkt dat kandidaten met een migratieachtergrond van linkse partijen meer etnische stemmen trekken dan die van rechtse partijen.
Specifieke migratieachtergrond speelt een rol in stemvoorkeuren
Concluderend lijkt Nederland het vooral goed te doen wat betreft de politieke vertegenwoordiging van Turkse en Marokkaanse Nederlanders maar zijn andere kiezers met een migratieachtergrond een stuk minder goed of zelfs helemaal niet vertegenwoordigd. Desondanks laten de resultaten van mijn proefschrift zien dat etnische diversiteit in de politiek van invloed is op zowel partij- als kandidaatvoorkeuren. Politieke vertegenwoordiging is bovendien vooral relevant voor de eigen etnische groep. Bijvoorbeeld: een groter aandeel kandidaten met een Marokkaanse achtergrond op de kandidatenlijst van partijen zorgde voor een grotere voorkeur voor die partij bij Marokkaanse Nederlanders en ook kregen kandidaten met een Marokkaanse achtergrond meer stemmen in buurten met veel Marokkaanse Nederlanders. Het is daarom belangrijk om aandacht te blijven besteden aan de vertegenwoordiging van de verschillende groepen in Nederland. Vooral omdat er geen aanwijzingen zijn dat Nederlanders met een migratieachtergrond als één groep stemmen. Aandacht voor diversiteit en inclusie in de politiek is niet alleen gunstig voor partijen met betrekking tot het verkrijgen van politieke macht, maar het is ook belangrijk voor de legitimiteit van democratie in etnisch diverse samenlevingen zoals de onze.
Afbeelding: Bron
[1] Een vertegenwoordiger van een bepaalde sociale groep hoeft niet altijd dezelfde belangen te hebben als die groep. Toch is descriptieve vertegenwoordiging belangrijk, het gaat over identiteit en gedeelde ervaringen. Bovendien zijn Nederlanders met een migratieachtergrond – of andere sociale groepen – dan niet alleen onderwerp van debat of beleid, maar ook actieve deelnemers aan het politieke proces. Dit kan, bijvoorbeeld door persoonlijke ervaringen, zorgen voor een andere perspectief op beleid.
Paul Treanor zegt
Voor een volledig beeld, moet ook de weerstand van de autochtone kiezers worden gemeten. Dat wil zeggen, de mate waarin ze zich keren tegen de belangen van de allochtone bevolking, en specifieke minderheden. In een 100% ‘kleurenblinde’ samenleving zou vertegenwoordiging van etnische minderheden overbodig zijn, omdat hun belangen evengoed worden verdedigd door willekeurige anderen. We hebben echter geen kleurenblinde samenleving, maar juist een gepolariseerde samenleving, waarin de ene groep zich verzet tegen de belangen van de andere. De vraag is dan niet zozeer, hoeveel leden van onze groep in een partij/parlement zitten, maar hoeveel van onze vijanden.