NRC Handelsblad gaat in samenwerking met de Universiteit Utrecht “op zoek naar de beste minister-president van Nederland.” Onderdeel van dit project is een enquête onder experts, opiniestukken van politici over hun eigen favorieten en een poll op de eigen webpagina. Heerlijke pulp voor liefhebbers van de vaderlandse politieke geschiedenis met een snufje Idols (of wat voor random talentenjacht dan ook).
Ik ken de achtergronden van het project niet, maar het ligt voor de hand dat die bovengenoemde experts op een aantal vooraf geselecteerde onderwerpen de 23 premiers (vanaf 1900) moeten beoordelen, zeg met een rapportcijfer. Die scores worden dan op de één of andere manier geaggregeerd tot een totaalscore waar vervolgens een ranking uit komt rollen.
In de Verenigde Staten zijn dergelijke onderzoeken naar de grootste president schering en inslag (zie deze geweldige Wikipedia-entry), dus kunnen we nagaan of bijvoorbeeld experts het onderling en met het publiek eens zijn over ‘presidential greatness’.
Experts onderling
Op de Wikipedia-pagina staan zeventien verschillende rankings waar per ranglijst (meestal) tientallen experts zijn geraadpleegd. De eerste is uitgevoerd in 1948 voor 29 presidenten, de laatste in 2011 voor 43 presidenten. De onderzoeken gebruiken allemaal verschillende methodologieën (van aantal geraadpleegde experts tot concrete vraagstelling en onderwerpen), maar hangen desondanks zeer sterk met elkaar samen. De laagste correlatie (r = 0.80, N = 32) was die tussen de ranglijsten van The Times uit 2008 (nota bene een Britse krant) en de historicus Arthur Schlesinger uit 1962 en is ook zeer sterk te noemen, maar over het algemeen liggen de correlaties tussen de onderlinge rankings nog veel hoger, namelijk tussen de 0.90 en 0.95.
Hieronder is te zien dat in de rankings van The Times en Schlesinger een paar outliers de samenhang verstoren. Schlesinger plaatste Dwight Eisenhower in de onderste helft in 1962 – slechts een jaar na diens aftreden – maar de perceptie van Eisenhower als president is in de loop der tijd aanzienlijk verbeterd. Daartegenover staat The Times tamelijk geïsoleerd wat betreft hun ranking van Ulysses Grant. Volgens alle andere ranglijsten (waaronder dus die van Schlesinger uit 1962) behoort Grant tot één van de slechtste presidenten ooit voornamelijk vanwege de welig tierende corruptie in zijn regering, maar The Times plaatst hem desondanks in de middenmoot. Misschien speelde Grant’s verleden als oorlogsheld uit de Amerikaanse Burgeroorlog voor The Times een grotere rol.
Experts tegenover publieke opinie
In de loop der tijd zijn er ook talloze enquêtes onder het Amerikaanse volk gehouden over dit onderwerp. Zo vroeg Rasmussen in 2007 aan het publiek of hun mening over 42 presidenten (tot en met George W. Bush) ‘favorable’ of ‘unfavorable’ was. George Washington en Abraham Lincoln hadden de hoogste favorability (94% en 92%) terwijl Richard Nixon en George W. Bush het hoogste scoorden wat betreft unfavorability (60% en 59%).
We kunnen natuurlijk nagaan of de rankings van experts overeenkomen met deze voorkeuren van het publiek. Hieronder staat het gemiddelde van alle expert-ranglijsten uitgezet tegen de netto favorability, dat will zeggen het percentage ‘favorable’ minus het percentage ‘unfavorable’. Experts en publiek komen duidelijk tot een soortgelijk oordeel: presidenten die door de experts hoog worden geplaatst, hebben ook een hoge net favorability onder het publiek. Ook hier zijn weer de nodige outliers te bespeuren (zo lijken experts Lyndon Johnson minder te straffen voor Vietnam dan het publiek), maar met een correlatie-coëfficiënt van –0.80 is ook deze samenhang zeer sterk te noemen.
Verbaast het niet dat publiek opinie het oordeel van experts zo goed weerspiegelt? Enerzijds worden Amerikanen om de haverklap geconfronteerd met hun grootste staatslieden. Van nationale monumenten tot vliegvelden, van snelwegen tot scholen, men koestert de presidenten van weleer. Ik zie Nederland nog niet zo snel de gezichten van onze grootste politici – Thorbecke, Drees, Balkenende (sorry, ik kon het laten…) – in een berg zetten.
Anderzijds bestaan er ook genoeg polls die tamelijk onzinnige resultaten opleveren. Wanneer je de respondenten simpelweg vraagt om één president te kiezen uit een lijst, zijn de resultaten een stuk dubieuzer. In een Gallup poll bestond de top-3 uit Reagan (19%), Lincoln (14%) en Clinton (13%). Helaas lijkt dit de format die NRC.nl heeft gekozen voor het meten van de voorkeuren onder de eigen lezers.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.