• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
StukRoodVlees

Politicologie en actualiteit

  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

Ook politici maken gebruik van de vuistregel representativiteit

door Barbara Vis, Sjoerd Stolwijk 12/03/2020 0 Reacties

Hoe waarschijnlijk is het dat dit beleid een succes wordt? Hoe groot is de kans dat mijn partij zetels wint als we onze beleidspositie wijzigen? Politici moeten vaak dit type vragen beantwoorden. Dit betekent dat ze inschattingen moeten maken – doorgaans een lastig proces. Om makkelijker inschattingen te kunnen maken, passen mensen vaak vuistregels toe. In de wetenschappelijke literatuur staan deze bekend als cognitieve heuristieken. Deze vuistregels zijn vaak nuttig, maar kunnen ook resulteren in onwenselijke biases (vertekeningen) in de besluitvorming. Een bekende vuistregel, die centraal stond in ons artikel in Political Behavior, is representativiteit. Mensen gebruiken de representativiteitsvuistregel wanneer zij een specifieke situatie of gebeurtenis beoordelen aan de hand van hoe die situatie of gebeurtenis lijkt op een algemene categorie. Gelijkenis wordt bijvoorbeeld gebaseerd op stereotypen of veelvoorkomende situaties. Een voorbeeld is wanneer politici de kans op het succes van een voorstel inschatten op basis van een succesvol voorstel. Hierdoor overschatten ze hoe waarschijnlijk het is dat dit voorstel een succes wordt. Ook wanneer politici negatief denken over hele groepen mensen door het gedrag van sommigen uit deze groep, baseren ze zich op de vuistregel representativiteit. Doordat deze vuistregel tot dergelijke vooroordelen kan leiden, heeft representativiteit een mogelijk negatieve invloed op het functioneren van de democratie.

Maken politici gebruik van de vuistregel representativiteit?

Om te onderzoeken of politici – net als de meeste mensen – gebruik maken van de vuistregel representativiteit hebben we een vragenlijst uitgezet onder Nederlandse raadsleden (n = 211). Hierin lieten we de politici-participanten aan het onderzoek inschattingen maken bij verschillende scenario’s. Een steekproef van studenten (n = 260) maakte dezelfde inschattingen. Hoe politici inschattingen maken en vervolgens beslissingen nemen, kan verstrekkende gevolgen hebben voor de levens van veel mensen. Het is daarom belangrijk om te onderzoeken hoe politici tot zulke inschattingen komen. Enkele studies met observationele data suggereerden dat politici inderdaad vuistregels gebruiken (zie dit blog). Deze studies toetsten dit echter niet experimenteel, in tegenstelling tot onze studie. Specifiek hebben we vier bestaande scenario’s uit de literatuur aangepast aan de hedendaagse, Nederlandse context. De meeste – maar niet alle – resultaten ondersteunen de hypothese dat politici de vertekeningen vertonen die wijzen op gebruik van de vuistregel representativiteit.

Scenario 1: Conjunctie-fout

Het eerste scenario begon met een stereotiepe beschrijving van een feministische vrouw. Vervolgens lieten we de participanten beoordelen wat het meest waarschijnlijk was, dat deze vrouw bij een bank werkte (A), bij een bank werkt en actief was in de feministische beweging (B), of actief was in de feministische beweging (C). Logisch gezien is het aantal feministen dat bij een bank werkt gelijk (B) aan of – waarschijnlijker – kleiner zijn dan het totale aantal bankmedewerkers (A). Categorie B zal ook kleiner zijn dan het totale aantal feministen (C), omdat sommigen van hen niet bij een bank zullen werken. De gegeven beschrijving suggereerde echter dat de vrouw een feministe was, waardoor veel van de politici (en de studenten) de zogenaamde conjunctie-fout maakten en B (werkt bij een bank en is actief in de feministische beweging) waarschijnlijker inschatten dan A (werkt bij een bank) of C (is actief in de feministische beweging), zie figuur 1. Deze resultaten wijzen op gebruik van de vuistregel representativiteit.

Scenario 2: Het krantenkoppen vraagstuk

Ook in het tweede scenario onderzochten we of de participanten een conjunctie-fout maakten. Hiertoe lieten we de ene groep, willekeurig gekozen, participanten inschatten hoe waarschijnlijk het was dat hun gemeente in 2018 de krantenkoppen zou halen. De andere groep gaf een inschatting van de waarschijnlijkheid dat hun gemeente de krantenkoppen zou halen vanwege een terroristische aanslag. Als de tweede situatie hoger wordt ingeschat dan de eerste, wijst dit op een causale conjunctie-fout. Het halen van de krantenkoppen in het algemeen omvat namelijk ook het halen van de krantenkoppen door een terroristische aanslag. Het toevoegen van een specifieke oorzaak bij laatstgenoemde maakt deze situatie echter representatiever. Onze resultaten lieten echter zien dat, in tegenstelling tot onze verwachtingen, zowel politici als studenten het algemene geval waarschijnlijker achtten dan het meer specifieke geval, zie figuur 2. Deze resultaten conflicteren met het gebruik van de representativiteitsvuistregel.

Scenario 3: Het aardbeving vraagstuk

Ook het derde scenario toetste een variant van de conjunctie-fout. We lieten twee willekeurige groepen participanten de kans inschatten dat een aardbeving slachtoffers zou veroorzaken in een regio die bekend staat om aardbevingen (ene groep) versus de grotere categorie natuurrampen (andere groep). Figuur 3 laat zien dat het als in het eerste scenario politici (en studenten) de stereotiepe ramp (de aardbeving) waarschijnlijker achtten dan de algemene categorie rampen. Dit wijst op de representativiteitsvuistregel.

Scenario 4: Het budget vraagstuk

In het laatste scenario vroegen we twee willekeurige groepen participanten welk budget ze bereid waren te besteden aan de aanpak van 23 (ene groep) versus 53 (andere groep) overlastgevers. Dit toetst of participanten rekening houden met de omvang van het probleem. Figuur 4 laat zien dat de budgetten die politici toewezen bij 23 of 53 overlastgevers gelijk waren (in tegenstelling tot bij de studenten). Dit suggereert dat de politici dit vraagstuk beoordeelden op basis van hun algemene houding over overlastgevers in plaats van de specifieke omvang van het probleem. Antwoorden op vervolgvragen bevestigden dat politici van mening waren dat er een verschil zat tussen het probleem van 23 en 53 overlastgevers, en dat een dergelijk verschil een ander budget zou vereisen.

Robuustheidsanalyses en implicaties 

Verschillende robuustheidsanalyses toonden aan dat de mate waarin politici de vertekeningen gerelateerd aan de representativiteitsvuistregel vertonen niet afhangt van specifieke kenmerken zoals gender, opleidingsniveau, politieke ervaring en zelfplaatsing op een link-rechts schaal.

Al met al wijzen de meeste resultaten van onze studie er dus op dat ook politici de vuistregel representativiteit gebruiken. Als politici gebruik maken van algemene categorieën om inschattingen te maken, zoals in scenario’s 1, 3 en 4, zullen ze dat waarschijnlijk ook in andere hierop lijkende situaties doen – en daar zijn er veel van. Beter begrijpen hoe politici informatie verwerken en hoe dit hun inschattingen en beslissingen beïnvloedt, is belangrijk en dit onderzoek draagt hieraan bij.

Categorie: Politieke partijen, Regering en beleid Tags: besluitvorming, biases, experiment, politici, Vertegenwoordiging

Over de auteurs

Barbara Vis
Barbara Vis is hoogleraar Politiek en Bestuur aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschappen van de Universiteit Utrecht en coördinator van de master Research in Public Administration and Organization Science. Sinds 2023 leidt zij het ERC-project RADIUNCE (www.radiunce.org) waarin in vier landen wordt onderzocht hoe politici reageren op verschillende vormen van onzekerheid (radicaal, oplosbaar).
Website: http://www.barbaravis.nl
  • Sociale media links 
Sjoerd Stolwijk
Sjoerd Stolwijk promoveert in februari 2017 aan de Universiteit van Amsterdam. Hij is momenteel werkzaam als post-doc aan de Vrije Universiteit.
  • Sociale media links 

Lees Interacties

Geef een reactie Reactie annuleren

Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.

Primaire Sidebar

Volg ons

  • Facebook
  • Twitter
  • RSS Feed

Populaire berichten

De ideologie van Forum voor Democratie

De ongemakkelijke realiteit van de antivaccinatie-beweging

Wat als… Nederland het Britse kiesstelsel zou hebben?

Willekeurige berichten

Aflevering 63 – De rechtsstaat in tijden van corona, met Anniek de Ruijter

De schizofrene relatie tussen opiniepeilers, media en wetenschappers

De verbreding van DENK

Podcast

Episode 132 – The 2025 German elections, with Tarik Abou-Chadi

We are joined by Tarik Abou-Chadi (Oxford) to discuss the dystopian reality of the 2025 German … [Lees verder...]

Aflevering 131 – Het regionale kiesstelsel van Pieter Omtzigt, met Henk van der Kolk en Simon Otjes

De Stuk Rood Vlees podcast is terug, en wel met een gortdroge aflevering over kiesstelsels! In het … [Lees verder...]

Episode 130 – Countdown to Extinction (UK edition), with Rob Ford

It's time for our UK election preview with our old pal Rob Ford (University of Manchester). Are the … [Lees verder...]

Populisme

Wie is er bang van ‘het volk’? Politiek elitisme in vier Europese landen

Het succes van populisme leidde de afgelopen jaren tot een omvangrijke literatuur rond de vraag wie … [Lees verder...]

Aflevering 127 – Waardenloze politiek (en een stukje formatie), met Tom van der Meer

Tom van der Meer (UvA) schuift aan om te vertellen over zijn nieuwste boek 'Waardenloze politiek: … [Lees verder...]

Plaatjes van de electoraatjes 2023: de PVV

Op 22 november zijn er verkiezingen voor de Tweede Kamer. In deze serie gaan wij aan de hand van een … [Lees verder...]

Blogroll

  • Andrew Gelman
  • Ballots & Bullets
  • Fight Entropy
  • FiveThirtyEight
  • The Monkey Cage
  • The Upshot
  • Wonkblog
  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

© 2025 StukRoodVlees

Copyright © 2025 · SRV Theme op Genesis Framework · WordPress · Log in