Kees Schuyt heeft kiezers weleens vergeleken met stuifzand. “Ze waaien, met het geringste zuchtje wind, alle kanten op.” Deetman duidde de wispelturigheid van de kiezers als “‘emotioneel, irrationeel of intuïtief’” Doen kiezers maar wat? Nee, en om twee redenen. Ten eerste zweven kiezers meestal tussen vergelijkbare partijen (hier). Met andere woorden, kiezers wisselen voornamelijk binnen een links of rechts blok. Ten tweede verklaren persoonlijkheidskenmerken – zoals hoe open men staat voor nieuwe ideeën – welke kiezer wel beweegt in het linkse of rechtse blok van partijen, en welke kiezer dit niet doet. Dit laatste blijkt uit een recent verschenen artikel in Political Psychology van Bert Bakker, Robert Klemmensen, Asbjørn Nørgaard en mij (hier, ungated link).
Persoonlijkheid beïnvloedt politieke keuzes
In een gastblog vorig jaar heeft Bert Bakker uitgelegd hoe participatie in de politiek en ideologie gerelateerd zijn aan persoonlijkheidskenmerken (link). Hij schrijft onder andere:
“Het vijf factoren model van persoonlijkheid […] bestaat uit de kenmerken (1) extraversie, (2) neuroticisme, (3) openheid voor nieuwe ervaringen, (4) consciëntieusheid, en (5) goedaardigheid. Het interessante aan deze en andere persoonlijkheidskenmerken is dat ze zich vormen onder invloed van genen en omgevingsinvloeden.”
Over tijd zijn deze persoonlijkheidskenmerken relatief stabiel. In het eerdergenoemde artikel richten wij ons op nummers 1 en 3, oftewel extraversie en openheid voor nieuwe ervaringen. Ten eerste stellen wij dat mensen die open staan voor nieuwe ervaringen eerder geneigd zijn te luisteren naar nieuwe argumenten, zich eerder een voorstelling maken van hoe het zou zijn om op een andere partij te stemmen, en het blijkt uit ander onderzoek dat deze mensen ook eerder bereid zijn om risico’s te nemen. Om die drie redenen verwachten wij dat mensen die open staan voor nieuwe ervaringen eerder geneigd zijn om van stemkeuze te wisselen. Ten tweede blijkt uit onderzoek dat mensen die extravert zijn een groter netwerk hebben en eerder geneigd zijn om zich te associëren met allerlei organisaties. Met andere woorden, extraverte mensen zijn vaker geïntegreerd in een politieke partij of organisatie en zullen daarom minder geneigd zijn te wisselen van partij.
Twee panel studies in VK en Denemarken
Om dit te onderzoeken hebben we gebruik gemaakt van twee panel studies in Denemarken en het Verenigd Koninkrijk (de British Household Panel Survey). De twee figuren hieronder laten voor elk land de afhankelijke variabele zien: het aantal keer dat een individu in het panel van stemkeuze is veranderd.
Vervolgens proberen we het aantal keer dat een individu van voorkeur is veranderd te verklaren aan de hand van de persoonlijkheidskenmerken van dat individu. In Denemarken en het Verenigd Koninkrijk vinden wij dat openheid voor nieuwe ervaring een sterke voorspeller is voor veranderingen van partijvoorkeur. In Denemarken vinden we ook dat extraverte mensen minder geneigd zijn om te veranderen. In het Verenigd Koninkrijk vinden we dit niet, maar hebben we ook te maken met een redelijk matige meting van extraversie.
Gekkie Henkies in het stemhokkie?
Zijn kiezers gekkie henkies in een stemhokkie zoals menigeen beweerd na de zoveelste electorale aardverschuiving? Nee, kiezers veranderen van partij maar blijven vaak in één blok. De partijen in die blokken zijn over tijd meer op elkaar gaan lijken, en bovendien zijn in die blokken ook meer keuzes gekomen. Verder zijn het juist die mensen die geneigd zijn om te luisteren naar andere argumenten die vaker veranderen. Dit zijn niet de kiezers die uit loyaliteit altijd een iPhone kopen: ze overwegen ook Samsung of Huawei. Om dat af te doen als emotioneel of irrationeel is niet alleen beledigend en incorrect, maar keert ook nog eens de zaken om.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.