Op 22 november zijn er verkiezingen voor de Tweede Kamer. In deze serie gaan wij aan de hand van een aantal grafieken in op de kiezers van de verschillende partijen die bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen zetels gehaald hebben. Daarnaast kijken we naar Nieuw Sociaal Contract (NSC) van Pieter Omtzigt. Wat zijn de sociaal-demografische kenmerken en de opvattingen van de kiezers van deze partijen? Vandaag deel 1: BIJ1 en DENK.
DENK en BIJ1 worden soms samengenomen als ‘belangenpartijen van etnische minderheden’. Inderdaad is voor beide partijen het bestrijden van discriminatie van mensen met een migratieachtergrond een belangrijk punt. Maar tegelijkertijd hebben de partijen andere profielen: BIJ1 is anti-kapitalistisch en feministisch, en integreert het strijden tegen discriminatie, kapitalisme en het patriarchaat in een intersectionele ideologie. DENK is op migratievraagstukken progressief, maar op bijvoorbeeld morele vraagstukken vaak conservatiever.
DENK en BIJ1 hebben allebei recent een nieuwe leider gekozen. Bij DENK is de Marokkaans-Nederlandse Farid Azarkan opgevolgd door de Turks-Nederlandse Stephan van Baarle. Deze machtsoverdracht binnen de fractie ging soepel. Bij BIJ1 is de Surinaams-Nederlandse Sylvana Simons opgevolgd door de eveneens Surinaams-Nederlandse Edson Olf. Hier volgde de machtswisseling op een periode van interne conflicten.
Om vast te stellen hoe de achterbannen van deze partijen er uitzien maken we gebruik van twee onderzoeken naar de verkiezingen van 2021. Het Nederlands Kiezersonderzoek (NKO) is gebaseerd op een representatieve steekproef van alle Nederlanders, en de Dutch Ethnic Minority Election Study (DEMES) richt zich op Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond. We gebruiken het NKO voor onze analyses van Nederlanders zonder of met een westerse migratieachtergrond (zie hoe het CBS dat in 2021 deed: Europa behalve Turkije, Noord-Amerika, Oceanië, Indonesië en Japan). We maken gebruik van het DEMES voor mensen met een niet-westerse migratieachtergrond.
Omdat de steekproef onder mensen met een migratieachtergrond klein is, en we deze uitsplitsen naar verschillende groepen, zijn de onzekerheidsmarges substantieel. De figuren hieronder tonen een 10% onzekerheidsmarge.
Migratie: achtergrond & standpunten
Voor zowel BIJ1 als DENK is migratie en de gelijke behandeling van mensen met een migratieachtergrond een belangrijk thema. We bekijken dit op twee manieren. Spreken deze partijen kiezers aan die zélf een migratieachtergrond hebben? En spreken zij kiezers aan met progressieve opvattingen over de behandeling van mensen met een migratieachtergrond?
Figuur 1 laat zien dat DENK het goed doet onder Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse kiezers. Ze krijgen de stem van ongeveer een kwart van deze kiezers. Ook van andere kiezers uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika krijgen ze stemmen. Samen zijn deze groepen goed voor bijna de helft van de Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond.
BIJ1 doet het beter onder kiezers uit Suriname, de voormalige Nederlandse Antillen, en Afrika ten zuiden van de Sahara. Deze groepen zijn samen goed voor bijna veertig procent van de Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond. Er is dus geen betekenisvolle overlap tussen de twee electoraten. Geen van beide partijen krijgt veel stemmen van Nederlanders zonder een migratieachtergrond: BIJ1 nog iets meer dan DENK. Van de 3276 respondenten zonder migratieachtergrond stemden er 9 BIJ1 (0.3%) en 2 DENK (0.1%).
Welke standpunten nemen DENK- en BIJ1-stemmers in op culturele thema’s als migratie? In Nederland is er veel discussie over het migratiethema. Sommige mensen vinden dat mensen met een migratieachtergrond hier moeten kunnen leven met behoud van de eigen cultuur. Anderen vinden dat zij zich geheel moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur. We kijken hier naar hoe DENK- en BIJ1-kiezers zich op dit continuüm plaatsen: zijn ze cultureel progressief of conservatief? We splitsen dit op voor kiezers met en zonder migratieachtergrond. Figuur 2 laat zien dat de kiezers zonder migratieachtergrond die op BIJ1 en DENK stemmen allemaal progressief zijn op dit vraagstuk. De kiezers met een migratieachtergrond die op één van deze twee partij stemmen zijn veel vaker progressief dan conservatief op dit thema.
Economie: achtergrond & standpunten
Op economische onderwerpen verschillen BIJ1 en DENK. BIJ1 is uitermate links: de partij wil belangrijke economische sectoren zoals de financiële sector, openbaar vervoer, zorg en basisindustrieën in publieke handen brengen. DENK is veel pragmatischer: zij nemen het bijvoorbeeld ook op voor het midden- en kleinbedrijf.
Om naar economische thema’s te kijken maken we gebruik van een vraag over inkomensherverdeling. Sommige mensen vinden dat de verschillen in inkomens in ons land groter moeten worden; anderen dat ze kleiner moeten worden. Hoe plaatsen Nederlanders die DENK en BIJ1 stemmen zichzelf hierop? Zijn ze economisch links of rechts? We kijken net als boven naar kiezers met en zonder migratieachtergrond. De kiezers zonder migratieachtergrond die op BIJ1 en DENK stemmen zijn allemaal links op dit vraagstuk (zie Figuur 3). Onder kiezers met een migratieachtergrond zien we een groot verschil: DENK trekt ongeveer evenveel linkse als rechtse kiezers, terwijl BIJ1 vooral kiezers uit het linkerblok trekt.
Om iets te kunnen zeggen over de sociaal-economische positie van DENK- en BIJ1-stemmers richten we ons hier op het hoogst behaalde diploma (zie Figuur 4). Dat zegt in Nederland steeds meer over waar je terechtkomt. We kijken naar mensen met een HBO- of WO-diploma en mensen zonder zo’n diploma. Onder mensen zonder migratieachtergrond doet BIJ1 het beter onder mensen met zo’n diploma dan onder mensen zonder zo’n diploma. Voor DENK is er geen verschil. Als we kijken naar Nederlanders met een migratieachtergrond zien we bij DENK een verschil tussen mensen met en zonder een HBO- of WO-diploma. De partij doet het beter onder kiezers zonder HBO- of WO-diploma. De partij doet het onder mensen met een migratieachtergrond maar zonder een HBO- of WO-diploma ook beter dan BIJ1.
Moraliteit & religie: achtergrond & standpunten
Ten slotte kijken we naar moraliteit. Ook hier verschillen BIJ1 en DENK. BIJ1 is consistent progressief waar het gaat om morele thema’s als zelfbeschikking, de rechtsstaat of de positie van LHBTIQ+ personen. DENK is conservatiever: de partij voerde campagne tegen seksuele voorlichting voor kinderen op televisie, wil op bewezen kindermisbruik een levenslange straf zetten, en stemde tegen experimenten met wietteelt, om een paar voorbeelden te geven.
In Figuur 5 kijken we naar een medisch-ethisch thema: euthanasie. Sommige mensen vinden dat euthanasie altijd verboden moet zijn. Anderen vinden dat euthanasie mogelijk moet zijn als de patiënt daar om vraagt. Waar staan DENK- en BIJ1-kiezers? Zijn ze moreel progressief of conservatief? Wederom kijken we naar kiezers met en zonder migratieachtergrond. De BIJ1- en DENK-kiezers zonder migratieachtergrond zijn allemaal progressief op dit item. Onder kiezers met een migratieachtergrond zien we wederom een groot verschil tussen DENK en BIJ1. BIJ1-kiezers zijn progressief, terwijl DENK ongeveer evenveel kiezers haalt onder mensen die progressief zijn als mensen die conservatief zijn.
Een ander moreel thema is homo-emancipatie. In dit survey zit een vraag over seksuele oriëntatie (zie Figuur 6). Zo kunnen we een onderscheid maken tussen mensen die heteroseksueel zijn en mensen die een andere seksualiteit hebben (homoseksueel, lesbisch, biseksueel etc.). Hier zien we twee opvallende patronen: ongeveer 2% van de niet-heteroseksuele personen in het survey stemde BIJ1, onder heteroseksuelen is dit minder dan 1%. Niet-heteroseksuele personen stemmen geen DENK. Onder mensen met een migratieachtergrond zien we hetzelfde patroon: van de niet-heteroseksuele mensen met een migratieachtergrond stemt 18% BIJ1 tegenover 3% van de heteroseksuelen. Dit strookt met eerder onderzoek van Niels Spierings. Hij laat bovendien zien dat BIJ1 het bijzonder goed doet onder niet-cisgender kiezers (kiezers die zich niet met het geslacht identificeren dat hen bij geboorte is toegekend).
Ten slotte kijken we naar geloof. Dit hangt samen met etniciteit: een Christen met wortels in de Cariben gaat waarschijnlijk naar een heel andere kerk dan een Christen zonder migratieachtergrond. We maken een iets andere indeling dan boven om het overzichtelijk te houden. We kijken naar respondenten uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika (inclusief Marokko en Turkije), naar respondenten uit de Cariben (dat zijn Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen), en respondenten uit Afrika ten zuiden van de Sahara. De rest van de wereld, inclusief mensen zonder migratieachtergrond gaat op een hoop. We delen dit uit naar mensen die Christelijk, Moslim of Hindoe zijn, en onderscheiden een extra categorie voor respondenten die een ander of geen geloof hebben.
DENK doet het goed onder Moslims, waar ze ook vandaan komen: Afrikaanse Moslims, Moslims uit het Midden-Oosten en Moslims uit de rest van de wereld. BIJ1 doet het goed onder respondenten met een Afrikaanse etniciteit, of ze nu Christelijk zijn of niet. Ook doen ze het goed onder Nederlanders met wortels in de Cariben, maar met name als ze als geloof ‘Christelijk’, ‘Anders’ of ‘Geen’ hebben aangevinkt. In Suriname zijn mensen die hun wortels hebben onder slaafgemaakten uit Afrika vaak Christelijk. Hindoes hebben hun wortels onder mensen die als ‘contractarbeiders’ uit India zijn gekomen na de afschaffing van de slavernij. Onder die laatste groep scoort BIJ1 minder. Met deze kleine aantallen is het verschil echter niet significant.
Conclusie
DENK en BIJ1 hebben andere electoraten: DENK scoort goed onder moslims, die vaak progressief zijn op culturele thema’s maar niet per se op economische of morele thema’s. Deze groep komt vaak uit Marokko en Turkije. Maar DENK scoort ook goed onder Moslims met wortels elders.
BIJ1 scoort goed onder kiezers uit Suriname, de Antillen en Zuidelijk Afrika. De kiezers van deze partij zijn progressief en links op economische, morele en culturele thema’s. Ook scoort de partij beter dan DENK onder mensen zonder migratieachtergrond, met name onder mensen die een WO- of HBO-diploma hebben of niet hetero zijn. Onder mensen met een migratieachtergrond met een WO- of HBO-diploma of die niet hetero zijn scoort BIJ1 nog beter
Wat zegt dit over waar BIJ1 en DENK electoraal staan, aan de vooravond van de verkiezingen? DENK heeft kiezers met een helder profiel, die vaak geografische geconcentreerd zijn, en op vrijdag in de moskee te vinden zijn. De partij heeft deze kiezers bij meerdere verkiezingen weten te mobiliseren. De enige reden om te twijfelen of DENK hier weer in kan slagen is het feit dat bij de Statenverkiezingen in het voorjaar de partij onverwacht geen Statenlid overhield. In de peilingen voor de Kamerverkiezingen staat de partij echter consistent op meerdere zetels.
BIJ1 staat er in de peilingen minder goed voor. De Peilingwijzer geeft de partij tussen de nul en de één procent. BIJ1 scoorde beter dan DENK onder Nederlanders zonder migratieachtergrond en haalde daar twee jaar geleden ongeveer de helft van hun stemmen vandaan. Dat gaat om linkse, progressieve kiezers. Zij hebben vaak een HBO- of WO-diploma, zijn vaker niet-heteroseksueel en niet-religieus. De andere helft van de BIJ1 zetels komt bij Nederlanders met directe of indirecte wortels in Afrika vandaan. Ook deze kiezers zijn vaker links, progressief, HBO- of WO-opgeleid en niet heteroseksueel. Hier zitten ook Christelijke kiezers tussen. Deze twee groepen kiezers delen dezelfde opvattingen maar wonen niet per se in dezelfde buurten. Of BIJ1 deze twee groepen bij elkaar kan houden zal afhangen van het vermogen van de partij om campagne te voeren en gezien de conflicten de laatste maanden is dat een open vraag.
De data die we hier presenteren is afkomst van het Nederlands Kiezersonderzoek en de Dutch Ethnic Minority Election Study dat is opgezet door Take Sipma, Marcel Lubbers en Niels Spierings. De analyse bouwt voort op dit artikel van Lubbers, Otjes en Spierings.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.