• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
StukRoodVlees

Politicologie en actualiteit

  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

journalisten

Hoe moet de journalistiek met populisme omgaan?

door Claes de Vreese 15/12/2017 2 Reacties

Het Cambridge woordenboek heeft populisme verkozen tot het woord van 2017. Tijdens de presidentsverkiezingen in de VS, het Brexit-referendum in Groot-Brittannië en de verkiezingscampagnes in Duitsland, Frankrijk en Oostenrijk in 2017 stond populisme in het middelpunt van de belangstelling. De internationale media-aandacht voor de Nederlandse Tweede Kamerverkiezingen was buitenproportioneel, veelal in de verwachting dat “nog een liberale democratie om zou vallen in het gevecht tegen het populisme”.

Populisme is populair. De politicologen Pippa Norris en Ron Inglehart laten zien dat in de afgelopen decennia het aandeel stemmen bij verkiezingen voor linkspopulistische partijen van 2% naar 13% gestegen is en voor rechtspopulistische partijen van 7% naar 13%. De economische crisis, de vluchtelingencrisis en toenemende globalisering zouden allemaal op de een of andere manier bijdragen aan het succes van het populisme. Maar welke rol spelen de media en journalistiek hierin en hoe moet de journalistiek omgaan met populisme? [Read more…] about Hoe moet de journalistiek met populisme omgaan?

Filed Under: Media Tagged With: journalisten, journalistiek, media, Populisme

Jouke Huijzer wint Daniel Heinsius Prijs 2017

door Gijs Schumacher 01/06/2017 0 Reacties

Jury rapport Daniel Heinsius scriptie prijs 2017

Met veel plezier mag ik, namens de Vereniging voor Politieke Wetenschappen en de Nederlandse Kring voor de Wetenschap der Politiek, de Daniel Heinsiusprijs 2017 uitreiken. De Daniel Heinsiusprijs is de prijs voor de beste masterscriptie binnen het domein van de politicologie, geschreven door een student(e) aan een Nederlandse of Vlaamse universiteit. De jury voor de Daniel Heinsiusprijs bestond dit jaar uit vijf leden:

Silvia Erzeel, Vrije Universiteit Brussel (specialisatie: politieke vertegenwoordiging, politieke partijen, gender, etniciteit)

Marijn Hoijtink, Vrije Universiteit Amsterdam (specialisatie: internationale betrekkingen)

Gijs Schumacher, Universiteit van Amsterdam (specialisatie: vergelijkende politiek)

Vjosa Musliu, Universiteit Gent (specialisatie: EU externe relaties)

Gerry van der Kamp-Alons, Radboud Universiteit (specialisatie: internationale relaties en internationale politieke economie).

Patrick van Erkel (Universiteit Antwerpen) was de secretaris van de jury. Bedankt Patrick. Jij was de motor achter de jury. Zonder jou hadden we er ongetwijfeld een potje van gemaakt.

De jury ontving dit jaar 17 masterscripties en we danken de studenten en hun universiteiten voor het inzenden van de scripties. Negen inzendingen kwamen uit Vlaanderen, 8 uit Nederland. Kortom na het voetbal voert België nu ook al de boventoon in de politicologie. Wel moet gezegd worden dat 8 van de 9 Vlaamse inzendingen van Antwerpse makelij waren. Ik zou tegen de andere Vlaamse universiteiten willen zeggen: laat je toch niet smurfen. Naast Antwerpen ontvingen wij bijdrages uit Brussel, Amsterdam (van beide universiteiten), Maastricht, Utrecht en Leiden.

De 17 scripties dekten samen een grote variatie aan politicologische onderwerpen: internationale relaties, politieke sociologie, vergelijkende politiek, beleid en bestuur, politieke filosofie, en de Europese Unie. Ook was er veel diversiteit qua benaderingen van data analyse en dataverzameling: inhoudsanalyse, netwerkanalyse, interviews, etnografie, etc.

De jury heeft alle scripties gelezen en beoordeeld. Drie scripties staken er met kop en schouders boven uit (in alfabetische volgorde): Jouke Huijzer (Universiteit van Amsterdam), Karolin Soontjes (Universiteit Antwerpen) en Sam Wrighton (Universiteit van Amsterdam).

Allereerst Jouke Huijzer. Zijn scriptie “Delineating the Corporate Elite. Inquiring the Boundaries and Compositions of Interlocking Directorate Networks” zet stiekem het mes in het onderzoek over de netwerkstructuren van zakelijke elites. De scriptie toont aan dat kleine steekproeven vaak een vertekend beeld van het netwerk geven. Het is daarom problematisch dat veel werk in dit veld op kleine steekproeven berust. Naast meer N, stelt Huijzer ook een originele steekproefmethode voor die rekening houdt met de verschillende karakteristieken van bedrijven in de zakelijke elite netwerken. Hiermee heeft deze uitstekende scriptie direct impact op een spannend onderzoeksveld.

Dan “Van Journalisten naar Analisten? Een kwantitatieve analyse van berichtgeving over regeringsformaties”, geschreven door Karolin Soontjes. Zij stelde de vraag in welke mate de journalistiek zich bedient van interpretatieve journalistiek omtrent coalitie formaties. Na een uitgebreide en originele dataverzameling en inhoudsanalyse stelde Soontjes vast dat journalisten steeds meer aan interpretatieve berichtgeving doen, dat deze ook meer negatief en conflictgericht is, en juist inhoudelijke onderwerpen schuwt. De jury vond deze analyse zeer geslaagd en bovenal zeer relevant.

De scriptie van Sam Wrighton was getiteld “The Annexations of Populations. Russian Pasportizatsiya Strategies in Abkhazia, South Ossetia and Crimea”. In deze drie regio’s deelt Rusland – steeds opener, vrijgeviger, maar ook dwingender – paspoorten uit. Wrighton beschrijft hoe deze exercitie van soft power door Rusland in feite een annexatie van populatie, zonder vooralsnog annexatie van gebied, is. De commissie was met name onder de indruk van de interviews – in het specifiek de creatieve vergaring en de uitstekende rapportage. Al met al een uitmuntend voorbeeld van kwalitatief onderzoek.

De jury was niet bepaald unaniem. Dat geeft maar aan dat we te maken hebben met drie uitstekende scripties. De winnaar van de Daniel Heinsiusprijs van 2017 is: Jouke Huijzer met zijn scriptie “Delineating the Corporate Elite. Inquiring the Boundaries and Compositions of Interlocking Directorate Networks”. Namens de hele jury: Gefeliciteerd Jouke! En ook proficiat aan de scriptie begeleider Eelke Heemskerk.

 

 

Filed Under: Uncategorized Tagged With: coalities, daniel heinsius prijs, journalisten, netwerkanalyse, paspoorten, scriptieprijs

Media zijn te lief voor Wilders

door Rens Vliegenthart 15/02/2017 0 Reacties

De afgelopen week heeft Geert Wilders weer het nodige stof doen opwaaien. Twee gebeurtenissen sprongen in het oog. Ten eerste was daar zijn tweet met een nepfoto van D66-lijsttrekker Alexander Pechtold als deelnemer aan een pro-Sharia demonstratie. Ten tweede was er het interview dat Rick Nieman afnam bij WNL op zondagochtend, waarin Wilders onder andere de islam zo mogelijk nog gevaarlijker dan het nazisme noemde. In beide gevallen werd de kritiekloze manier waarop journalisten met Wilders’ boodschap omgingen op sociale media bekritiseerd (bijvoorbeeld als ‘doorgeefluikjournalistiek’ en hier). Is die kritiek terecht?

 

Rolpercepties

Om die vraag te beantwoorden is het ten eerste belangrijk de vraag te stellen hoe de taak van de journalistiek eruit zou moeten zien. Gaat het met name om het ‘doorgeven’ van informatie aan het grotere publiek, zoals Rick Nieman zelf in een tweetje aangaf, of verwachten we een meer kritische houding?

Morten Skovsgaard en collega’s onderscheiden (hier, paywall) vier typen journalistieke rolpercepties, gebaseerd op de journalistieke benadering (actief of passief) en de opvatting over democratie en dan met name of representatie of deliberatie centraal moet staan (zie onderstaande Tabel).

 

Schermafdruk 2017-02-14 17.33.20

 

In hun onderzoek onder Deense journalisten valt op dat zij zichzelf met name hoog scoren op de ‘watchdog’ rol: die van actief en kritisch volger van de politiek om zo de correcte informatie boven tafel te krijgen. Dit komt wel overeen met het beeld dat van de moderne Nederlandse journalist bestaat in een tijd van medialogica: eerder een kritische volger van de politiek (en soms ook duidelijk agenda-setters, zie bijvoorbeeld hier, paywall) dan een simpele doorgever van informatie die politici proberen te verspreiden.

 

Anders dan anders?

Wat maakt de afgelopen week anders? Waarom lijkt het gedrag van journalisten hier meer op die van een ‘passive mirror’? Een deel van de verklaring zou kunnen liggen in het feit dat de verkiezingen nabij zijn. Onderzoek (hier, paywall) laat zien dat in die gevallen journalisten meer ontvankelijk zijn voor de boodschap van politieke partijen, mogelijk omdat zij het als een taak zien zo breed mogelijk te informeren. Daar zou een klein deel van de verklaring in kunnen zitten: inderdaad krijgen politici in deze tijd meer ruimte voor hun boodschap, maar hun boodschap wordt lang niet overal zo kritiekloos overgenomen. De tweede mogelijkheid is dat het fenomeen Wilders journalisten voor de nodige dillema’s blijft plaatsen. Door zijn optreden in de media te beperken wordt de informatie die hij verstrekt een schaars goed en in bijna alle gevallen voor journalisten direct relevant. En als hij dan toch een media-optreden doet is dat zo’n unicum dat de interviewer gaarne zijn kritische vragen wat beperkt om de relatie goed te houden.

 

Kritische journalistiek

De mediastrategie van Wilders is een goed doordachte en het lukt hem keer op keer de media-agenda naar zijn hand te zetten en daarmee indirect zijn populariteit te vergroten (zie hier). De gebeurtenissen van afgelopen week laten zien dat de media steeds in dezelfde valkuil trappen en zich teveel gelegen laten aan Wilders. Kritische journalistiek is nodig over de hele breedte van het politieke spectrum. Het betekent scherp zijn op uitspraken van politici en de nieuwswaardigheid van die uitspraken. Het betekent ook strategische overwegingen van politici meenemen wanneer er journalistieke keuzes worden gemaakt. In die opzichten had het vorige week een stuk beter gekund.

 

Filed Under: Media, Politieke partijen Tagged With: journalisten, verkiezingscampagnes, watchdog, Wilders

Journalisten kunnen grote invloed op verkiezingsuitslag hebben

door Rens Vliegenthart 12/12/2016 3 Reacties

Het zal u niet ontgaan zijn: ook in Nederland komen de verkiezingen er weer aan. Politieke partijen zijn in voorbereiding op hun campagne (of worden haastig opgericht), peilingbureaus zijn weer druk met het in kaart brengen van de wekelijkse stemvoorkeuren van de Nederlandse bevolking en ook journalisten draaien zich warm met bespiegelingen over prestaties van en kansen voor de diverse lijsttrekkers en over de belangrijke politieke onderwerpen voor de aankomende campagne. Een belangrijke vraag is of en hoe die mediaberichtgeving invloed heeft op stemvoorkeuren. Belangrijk, maar niet zo eenvoudig te onderzoeken, zeker niet in een tijd waarin burgers aan (politieke) informatie van een veelheid van bronnen blootgesteld worden.

 

Onderzoeken van media-effecten

In de context van verkiezingscampagnes zijn er grofweg drie manieren om media-effecten te onderzoeken. Een eerste manier is de combinatie van herhaald vragenlijstonderzoek (panelsurvey, bijvoorbeeld hier) in de periode voorafgaand aan de verkiezingen met een analyse van inhoudelijke karakteristieken berichtgeving. Grotendeels dezelfde vragenlijst wordt twee of meer keer afgenomen onder dezelfde deelnemers. Op die manier kan worden vastgesteld of de partijvoorkeur van een individu is veranderd in vergelijking met vorige meting(en). Als dat het geval is, dan zou dat wel eens veroorzaakt kunnen zijn door de kenmerken van de mediaberichtgeving die het individu heeft geconsumeerd in de periode tussen de twee metingen. Door op een gestandaardiseerde manier te vragen welke media de betreffende respondent gebruikt heeft en hoe frequent, kan gekeken worden of er bepaalde karakteristieken in die berichtgeving zijn die verantwoordelijk zijn voor die verandering. Dit vereist naast het vragenlijstonderzoek een inhoudsanalyse van veelgebruikte media door Nederlandse kiezers. Dat laatste is niet zonder problemen: het is moeilijk te bepalen aan welke berichtgeving een individu precies is blootgesteld en die vervolgens te analyseren. Zeker nu mensen hun politieke informatie van een veelheid van bronnen krijgen, is het praktische onmogelijk al deze bronnen tot in groot detail te analyseren. Tenslotte is het feit dat mensen een bron gebruiken geen zekerheid dat bepaalde informatie ook echt gezien is: als iemand bijvoorbeeld een bepaalde krant leest, kan het heel goed zijn dat deze persoon (een deel van) het politieke nieuws overslaat.

Een tweede benadering is het onderzoek te richten op veranderingen in steun voor politieke partijen in opiniepeilingen (bijvoorbeeld hier). Veranderingen in deze peilingen kunnen dan worden verklaard door kenmerken in berichtgeving in een aantal prominente media, waarvan dan verwacht wordt dat deze een adequaat beeld geven van de ‘informatie-omgeving’ die op dat moment aanwezig is. Deze methode vraagt wel om opiniepeilingen die met grote frequentie (bijvoorbeeld dagelijks) beschikbaar zijn. In bijvoorbeeld de Verenigde Staten is dat geen probleem, maar in Nederland is het aantal peilingen beperkter.

Een laatste benadering is het gebruik van experimenteel onderzoek (bijvoorbeeld hier). Hierbij worden groepen proefpersonen blootgesteld aan verschillende versies van eenzelfde mediabericht en wordt hun reactie (bijvoorbeeld in termen van sympathie voor de partij) op die berichten vergeleken. Deze benadering heeft als groot voordeel dat heel precies van tevoren geselecteerde karakteristieken van een bericht het effect kan worden vastgesteld, door deze te laten variëren tussen de verschillende groepen. Het nadeel is dat de externe validiteit van deze benadering nog wel eens wat te wensen overlaat. In andere woorden, voor veel van de resultaten is het niet te bepalen in hoeverre ze staande houden in het ‘echte’ leven. Immers, op een gewone dag krijgen Nederlandse burgers een grote hoeveelheid aan politieke en niet-politieke informatie te verwerken. Daarbij zou een enkel bericht weleens ten onder kunnen gaan in de hoeveelheid andere informatie, of in het geheel geen effect hebben.

 

Effecten van aandacht en ‘framing’

Ondanks dat de verschillende manieren om media-effecten te onderzoeken niet zonder hun beperkingen zijn, ontstaat op basis van het bestaande onderzoek in Nederland en daarbuiten voor een aantal inhoudskenmerken een duidelijk beeld over de mogelijke effecten.

De eerste is aandacht voor politieke onderwerpen en actoren. Deze effecten worden theoretisch gekoppeld aan het idee van ‘agenda setting’: media zouden misschien niet goed zijn te bepalen wat mensen denken, maar wel waar ze over denken. Als datgene waar mensen over denken vervolgens ook belangrijker wordt bij het maken van politieke keuzes, dan spreken we van priming. Zo is het geen toeval dat de PVV vorig jaar tijdens de discussies over opvang van vluchtelingen in Nederland stevig won in de peilingen: het belang van dit onderwerp nam toe in de hoofden van mensen en op het moment dat dit onderwerp ook belangrijker wordt bij het aangeven van een partijvoorkeur zullen zij eerder bij de PVV terechtkomen. Eenzelfde effect zien we door de overdadige berichtgeving over de rechtzaak tegen Wilders in de afgelopen weken. Iets dergelijks is ook te verwachten voor de zichtbaarheid van partijen. Met name de nieuwkomers als Forum voor Democratie en VNL kunnen de aandacht simpelweg goed gebruiken om überhaupt door mensen als een electorale optie gezien te worden (zie ook hier, paywall).

Niet alleen de aandacht voor onderwerpen en actoren is van belang, maar ook de manier waarop zij, of de politiek in zijn algemeenheid, worden besproken of geframed. In de wetenschappelijke literatuur worden een veelheid aan frames besproken, maar een tweetal heeft een duidelijke invloed. De eerste is het conflict frame: als twee partijen in een conflict worden weergegeven heeft dit gevolgen. En meestal zijn deze gevolgen positief, zeker in een campagnecontext, en zeker als het een conflict is met een duidelijke politieke tegenstander. Ten eerste trekt het de aandacht naar deze partijen toe en ten tweede is het een mooie manier voor inhoudelijke profilering. Deze politieke inhoud bepaalt nog steeds voor een flink deel de voorkeuren van kiezers. Politieke partijen zijn zich maar al te goed bewust van deze effecten. Onder de titel ‘Paarse Polarisatie’ bespraken Jan Kleinnijenhuis en collega’s hoe in 1998 coalitiepartners VVD en PvdA bewust en afgesproken ervoor kozen elkaar aan te vallen. Door dit conflict creëerden zij het beeld dat dit de relevante tweestrijd in de verkiezingen was. Beiden profiteerden en groeiden. Het is niet voor niks dat PvdA, GroenLinks en SP alle drie staan te trappelen de VVD en PVV aan te vallen en daarmee hun relevantie te bewijzen. En het is ook niet voor niks dat deze partijen (maar ook objectieve waarnemers) zich zorgen maken over media die de verkiezingen als een tweestrijd on het ‘Torentje’ tussen VVD en PVV presenteren – geen van de linkse partijen is gebaat bij veel aandacht voor het conflicten en verschillen van mening tussen deze rechtse partijen.

Tenslotte schreven we al vaker over de effecten van horse race framing. Partijen die het goed doen in de peilingen (of in de interpretatie van de peilingen) kunnen profiteren van het zogenaamde bandwagon effect: mensen sluiten zich graag aan bij een partij die het goed doet. De PvdA profiteerde in 2012 van dit bandwagon effect en wist, onder andere hierdoor, in enkele weken een groot aantal virtuele zetels te stijgen in de peilingen, met name ten koste van de SP.

 

Reden tot zorg?

Een belangrijke vraag is hoe groot de hierboven gepresenteerde media-effecten in werkelijkheid zijn. Dat is moeilijk te zeggen, juist omdat de effecten zo moeilijk te onderzoeken zijn. Voor de verkiezingen van 2006 deden Jan Kleinnijenhuis en collega’s een simulatie (hier) waarin ze lieten zien dat partijen tot zes zetels konden winnen door berichtgeving. Dat lijkt niet eens zo heel veel, maar kan zorgen voor grote electorale verschuivingen. Bovendien lijken de grote veranderingen in de laatste weken van de verkiezingscampagne van 2012 te duiden op mogelijk nog grotere effecten. Het maakt dus uit. En dat het uitmaakt moeten ook journalisten zich realiseren: een te eenzijdige aandacht voor bepaalde onderwerpen en politici, het versimpelen van de verkiezingen tot een tweestrijd en teveel aandacht voor en over-interpretatie van opiniepeilingen kunnen de uitkomst van deze verkiezingen sterk sturen. Deze wetenschap vraagt om zorgvuldige en kritische journalistieke keuzes.

Filed Under: Kiezers en publieke opinie, Media, Politicologie en Methodologie Tagged With: agenda-setting, journalisten, media-invloed, mediaberichtgeving, methoden, verkiezingen

Wederom journalist vermoord in Mexico

door Jos Bartman 07/08/2015 2 Reacties

Afgelopen zaterdag werd de fotojournalist Ruben Espinosa (31) gemarteld en vermoord in Mexico-Stad. Hoewel Veracruz, de staat waar hij werkte, al lang bekend staat als een onveilige plek voor journalisten, is dit de eerste keer dat een gevluchte journalist uit Veracruz ook in Mexico-Stad niet veilig blijkt te zijn. De moord op Espinosa laat niet alleen zien hoe slecht Mexicaanse journalisten het hebben, maar is ook exemplarisch voor de manier waarop een land als Mexico met politieke dissidenten omgaat. Niemand minder dan onze eigen minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken faalt om dit te doorgronden.  

Volgens Article 19, een organisatie die opkomt voor de vrijheid van meningsuiting en de belangen van journalisten, is Ruben Espinosa de twaalfde journalist uit Veracruz die sinds 2010 is vermoord. Hiermee kan Veracruz zich de meest gevaarlijke staat in Mexico voor journalisten noemen, en is het volgens Reporters Without Borders zelfs één van de meest gevaarlijke gebieden op de aarde.

[Read more…] about Wederom journalist vermoord in Mexico

Filed Under: Civil society, Media Tagged With: freedom house, journalisten, Mexico, repressie

Primary Sidebar

Volg ons

  • Facebook
  • Twitter
  • RSS Feed

Populaire berichten

De ideologie van Forum voor Democratie

De ongemakkelijke realiteit van de antivaccinatie-beweging

Wat als… Nederland het Britse kiesstelsel zou hebben?

Willekeurige berichten

Voorbij de usual suspects: waarom participeren burgers niet?

De participatie-elite en de participatieparadox

‘Minder, minder, minder’ invloed PVV in Tweede Kamer?

Podcast

Episode 106 – “I’m f**king furious and I don’t f**king care anymore”, with Rob Ford

Rob Ford (University of Manchester) joins us to discuss the resignation of Liz Truss and the sorry … [Lees verder...]

Episode 105 – A new prime minister and a new monarch, with Rob Ford

For the first time ever, the UK acquired a new prime minister and a new monarch in the same week. … [Lees verder...]

Aflevering 104 – Terugblik gemeenteraadsverkiezingen, met Josje den Ridder, Simon Otjes en Tom van der Meer

We gaan de gemeenteraadsverkiezingen nabeschouwen met Josje den Ridder (SCP), Simon Otjes … [Lees verder...]

Populisme

Plaatjes van de electoraatjes: de radicaal-rechtse ruimte

Over anderhalve week stemmen we voor de Provinciale Staten en de waterschappen. Waar zullen we – … [Lees verder...]

Analyse van raadsinstrumenten laat zien: ook in gemeenteraden heerst het monisme

Het is alweer ruim een half jaar geleden dat de gemeenteraadsverkiezingen plaatsvonden. Inmiddels … [Lees verder...]

Gevoelens van culturele afstand als verklaring voor de opleidingskloof in anti-establishment-opvattingen en -gedrag

In veel Westerse democratieën leven onder een aanzienlijk deel van de bevolking … [Lees verder...]

Blogroll

  • Andrew Gelman
  • Ballots & Bullets
  • Fight Entropy
  • FiveThirtyEight
  • The Monkey Cage
  • The Upshot
  • Wonkblog
  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

© 2023 StukRoodVlees

Copyright © 2023 · SRV Theme op Genesis Framework · WordPress · Log in