Donald Trump wordt gezien als een Twitter-koning.[1] Op 18 februari, toen de voorverkiezingen nog volop gaande waren, schreef Amanda Hess voor het online magazine Slate een 11 pagina’s lang stuk over “How Trump wins Twitter”. Ook onze eigen Geert Wilders is heer en meester op Twitter. Op basis van deze prominente populistische Twitteraars wordt meestal de conclusie getrokken dat sociale media goed zijn voor populisten.
Maar is dat wel zo? Twitter heeft duidelijk ook nadelen voor iemand als Trump. Het Twittergebruik van Trump is vaak impulsief – iets wat hem verweten werd in het eerste presidentiële debat. Het online magazine Vox noemde zijn Twitter-optredens het begin van het einde. Ook een Twitter-rel tussen de (vroegere) kopstukken van de Belgische partij Vlaams Belang geeft aan dat de relatie tussen populisten en sociale media niet altijd positief is. Zijn sociale media goed of slecht voor populisten?
De kern van dit blog is dat sociale media een zegen en een vloek zijn voor populisten. Het medium is als instrument deels in hun voordeel, maar het brengt duidelijk ook gevaren met zich mee. Tijd dus om wat genuanceerder om te gaan met dit onderwerp.
Sociale media zijn snel en ongefilterd
Sociale media hebben enkele unieke eigenschappen (zie bv. dit stuk, of dit boek). Om een antwoord te geven op de vraag of populisten gebaat zijn met sociale media-gebruik zijn er twee eigenschappen in het bijzonder die relevant zijn.
Eigenschap 1. Sociale media zijn snel. Op sociale media kan je snel veel mensen bereiken. Vooral als je een schare trouwe en actieve volgers hebt, kunnen berichten gemakkelijk een sneeuwbaleffect teweeg brengen en de tijdslijnen van vele gebruikers overspoelen.
Eigenschap 2. Sociale media zijn ongefilterd. In tegenstelling tot traditionele massamedia ben je als politicus niet afhankelijk van een journalist die uiteindelijk je woorden ‘uit de context kan rukken’ of die je verkeerd kan citeren. Op sociale media kunnen politici hun verhaal ongefilterd (of ongezouten zoals sommigen zeggen) hun mening verkondigen. Daardoor kan iedereen zien wat de politicus echt zei. Dit geldt overigens vooral voor Twitter, waar boodschappen in de regel publiek zijn.
Driemaal sociale media als zegen voor populisten
Populistische partijen hebben in de regel eerder radicale beleidsposities. Dit soort posities wordt vaak tegengehouden door de ‘filteraars’ (journalisten). De journalist stelt kritische vragen, legt een frame op het verhaal van de politicus of laat de politicus helemaal niet aan bod komen (een zogenaamd media cordon sanitaire). Kortom, politici met een radicalere mening hebben op dit punt meer baat bij sociale media waar zij hun verhaal ongefilterd en ongezouten kwijt kunnen en waar niemand hen kan tegenhouden.
Omdat sociale media ongefilterd zijn, stellen zij populisten ook in staat om rechtstreeks in contact te treden met ‘het’ volk. Zo kunnen populisten meteen laten zien dat ze er echt zijn voor dat volk. Overigens vond Rebekah Tromble in recent onderzoek dat populistische politici in Nederland, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten net minder geneigd zijn om in contact te treden met burgers. Het lijkt er eerder op dat populisten een echo-kamer creëren waarin ze vooral hun eigen mening nog een keer horen. Ze treden in contact met ‘hun’ volk en niet zozeer met ‘het’ volk (al zal dit wellicht samenvallen in de hoofden van vele populisten…). Maar goed, het punt blijft wel staan dat populisten op sociale media gemakkelijk in contact kunnen treden met hun achterban.
Snelheid speelt ook een rol. Het is niet voor niets dat Geert Wilders zijn verkiezingsprogramma op Facebook bekendmaakte. De lengte van het programma (1 pagina) maakte het ook gemakkelijk te verspreiden en het programma werd gretig gedeeld op sociale media zoals Facebook en Twitter. Het vond daardoor zijn weg naar veel tijdlijnen van andere gebruikers. Populistische partijen hebben vaak een erg grote en actieve kern van volgers op sociale media (veel meer dan gematigde middenpartijen) en daardoor zijn ze beter in staat om de snelheid van sociale media te benutten.
Driemaal sociale media als vloek voor populisten
Omgekeerd hebben sociale media ook nadelen voor populisten. Het is een voordeel dat je als politicus ‘je eigen persbureautje’ hebt op Twitter waar je ongefilterd je mening op kwijt kan, maar dat vergt veel discipline. De politicus moet daarmee dus zijn eigen filter worden.[2] Soms gaat dat fout, zoals de eerdere voorbeelden van Trump aangeven. Deze ‘foute’ tweets creëren dan snel een sneeuwbaleffect. Ze worden eerder opgepikt door traditionele media omdat journalisten op Twitter vaak op zoek zijn naar tweets waarop ze een nieuwsbericht kunnen baseren. Populisten hebben radicalere meningen en deze worden sneller opgepikt door traditionele nieuwsmedia… maar tegelijkertijd lopen ze ook een grotere kans om hun foute tweets de volgende dag in de krant te zien. Meestal worden de tweets letterlijk getoond, zodat de populistische politicus ze ook niet kan ontkennen of claimen dat hij/zij verkeerd geciteerd is.
Dit probleem is nog groter wanneer het om de mindere goden gaat – de populistische backbenchers en vroegere partijtoppers. Populistische partijen zijn vaak hiërarchisch georganiseerde partijen. Dat is ook nodig omdat dergelijke partijen onder een vergrootglas liggen omwille van, wederom, hun radicalere beleidsposities. Afstemming tussen politici van dezelfde partij is voor elke partij belangrijk, maar is extra belangrijk voor populistische partijen. Onenigheden en conflicten tussen populistische politici, zoals in het Vlaams Belang voorbeeld, lopen de kans om meteen opgepikt te worden en veroorzaken sneller een sneeuwbaleffect. De meeste partijleiders zijn professioneel genoeg om te weten wat kan en niet kan, maar de backbenchers en vroegere partijtoppers hebben hier vaker moeite mee.
Waarom zijn populisten gevoeliger voor een negatief sneeuwbaleffect? Geert Wilders heeft het grootste aantal volgers van alle Nederlandse politici. Dat is niet alleen maar omdat hij een grote schare volgelingen heeft. Hij wordt gevolgd door vriend én vijand.[3] Wanneer een populistische politicus zoals Wilders een foute tweet plaatst, zorgt deze groep actieve tegenstanders ervoor dat de tweet snel een sneeuwbaleffect veroorzaakt. De snelheid van sociale media zorgen er ook voor dat dergelijke tweets moeilijk te corrigeren zijn – vooral als men eerst een strategie wil uittekenen om met het probleem om te gaan. Als de populist snel en impulsief reageert loopt hij/zij de kans om net als Trump in een steeds penibelere situatie te manoeuvreren.
Conclusie: Twitter is geen populist paradise
In Nederland hebben we de neiging om te denken dat Twitter en sociale media in het algemeen alleen maar positief zijn voor populistische politici. Dit is wellicht te wijten aan het succes van Wilders op Twitter. Echter, populisten waren al succesvol voor sociale media, en zullen dat ook blijven na sociale media. Op sommige punten lijken dergelijke media inderdaad op het lijf geschreven van populisten, maar op andere punten niet.
Wilders is eerder de uitzondering dan de regel: hij is een gedisciplineerd politicus die zijn partij strak in de hand heeft. Andere minder gedisciplineerde politici zoals Trump tonen aan dat Twitter niet alleen maar een populist paradise is.
Uitsmijter
Dan nog een uitsmijter uit het eerste TV-debat (bron) waarin Clinton Trump’s Twitter-gedrag tegen hem gebruikt:
“His cavalier attitude about nuclear weapons is so deeply troubling,” (…) “It is the number one threat we face in the world” (…) “It becomes particularly threatening if terrorists ever get their hands on any nuclear material so a man who can be provoked by a tweet should not have his fingers anywhere near the nuclear codes as far as I think anyone with any sense about this should be concerned.”
Foto: Donald Trump speaking at CPAC 2011 in Washington, D.C., door Gage Skidmore, License
[1] Je kunt je overigens de vraag stellen of Trump een populist is, maar goed dit terzijde.
[2] Overigens: Trump lijkt slechts deels zijn eigen tweets te sturen.
[3] Al worden die ‘vijanden steeds vaker door hem geblokkeerd…