• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
StukRoodVlees

Politicologie en actualiteit

  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

radicaal-rechts

Plaatjes van de electoraatjes: de radicaal-rechtse ruimte

door Matthijs Rooduijn 06/03/2023 1 Reactie

Over anderhalve week stemmen we voor de Provinciale Staten en de waterschappen. Waar zullen we – kijkend naar de landelijke partijen – de grootste electorale verschuivingen gaan zien? Hoewel er op dit moment vooral veel gediscussieerd wordt over het door de VVD aangezwengelde (en veel bekritiseerde) “linksom of rechtsom”-frame, lijken veel veranderingen zich aan de (radicale) rechterkant van het politieke spectrum te gaan voordoen.

Volgens de laatste peilingen gaat FVD gigantisch krimpen, terwijl de PVV behoorlijk gaat groeien. En BBB en JA21 staan allebei op flinke winst – zowel ten opzichte van de vorige Provinciale Statenverkiezingen (want toen deden ze nog niet mee), als ten opzichte van de afgelopen verkiezingen voor de Tweede Kamer. Wat er gebeurt in het radicaal-rechtse blok is bovendien relevant omdat de verkiezingen indirect bepalen hoe de Eerste Kamer er uit komt te zien; partijen als BBB en JA21 kunnen de coalitie straks aan een meerderheid gaan helpen.  

Kiezerspotentieel

Wat weten we eigenlijk over het potentieel van de partijen op de uiterste rechterflank? En tussen welke partijen is het meeste electorale verkeer te verwachten? Om daar iets zinnigs over te zeggen heb ik de gegevens van het LISS-panel er even bij gepakt. Een klein jaar na de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 (dat is nu ongeveer een jaar geleden) hebben de onderzoekers van dit panel aan mensen gevraagd om voor iedere partij aan te geven hoe groot zij de kans achten dat ze er op zouden stemmen als er die dag verkiezingen waren. (Het is belangrijk om in gedachten te houden dat het bij deze vraag om verkiezingen voor de Tweede Kamer gaat. De dynamiek bij de verkiezingen van volgende week zal om allerlei redenen anders zijn. De resultaten hieronder moeten daarom met enige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd.)

De kans-vraag van het LISS-panel biedt een interessant kijkje in het hoofd van de kiezer, omdat je op basis ervan een inschatting kunt maken van het electorale potentieel van iedere partij. Je kunt dit uitrekenen door per partij te kijken wat het percentage kiezers is dat aangeeft het mogelijk te achten op die partij te stemmen. De grote vraag hierbij is: vanaf welk percentage vinden we de kans groot genoeg om te zeggen dat iemand een partij serieus overweegt? Daar kun je over twisten. Ik ben er hier voor het gemak van uit gegaan dat iemand een partij serieus overweegt als de kans op die partij te stemmen 10% of meer is.

Iedere staaf in Figuur 1 hieronder geeft het percentage kiezers weer dat zegt dat de kans op de betreffende partij te stemmen 10% of meer is. Ik richt me daarbij op radicaal-rechts (PVV en FVD) en de twee nieuwere partijen die daar in iets meerdere mate (JA21) en mindere mate (BBB) tegenaan schurken.

Wat zijn de opvallendste uitkomsten? Ten eerste dat het potentieel van alle partijen veel hoger ligt dan het percentage stemmen dat (waarschijnlijk) gerealiseerd gaat worden over anderhalve week. Dat is niet zo gek. In deze grafiek zijn immers ook mensen meegenomen die hebben aangegeven dat de kans dat ze op de betreffende partij stemmen maar 10% is. Maar toch: dit zijn de mensen die aangeven dat er een redelijke kans is dat ze op de betreffende partij stemmen. Het is wel belangrijk om te vermelden dat de meting een jaar geleden is gedaan. Ik vermoed dat met name het potentieel van de BBB sindsdien nog verder gegroeid is.

Het tweede dat ik opvallend vind is het relatief hoge percentage mensen dat zei het mogelijk te achten op de PVV te stemmen: 36% (dus meer dan een derde van het electoraat!). Radicaal-rechtse partijen trekken in Europa gemiddeld zo’n 15% van de kiezers. Dit is dus zeker niet het maximaal haalbare voor deze partijfamilie. Wat ik ten derde opvallend vind is dat de verhouding tussen de partijen ongeveer dezelfde is als in de meest recente Peilingwijzer: BBB en JA21 ongeveer twee keer zo groot als FVD, en de PVV drie keer zo groot.

Figuur 1: Per partij (BBB, JA21, PVV, FVD) het percentage van het electoraat dat aangeeft dat de kans op deze partij te stemmen groter is dan 10%

Ik heb ter vergelijking even gekeken wat er gebeurt als we ook mensen meenemen die de kans dat ze op de betreffende partij zouden stemmen op bijvoorbeeld maar 1% of 5% zetten (je zou immers kunnen zeggen dat mensen die de kans op een bepaalde partij te stemmen op 1% of 5% schatten ook tot het potentieel van die partij behoren). Dan zien we hetzelfde patroon, met maar iets hogere percentages: ongeveer 15% acht de kans groter dan 0% op FVD te stemmen, 30% acht het mogelijk dat ze BBB of JA21 zullen stemmen, en 40% van de kiezers geeft aan dat er een kans is dat ze op de PVV zullen stemmen.

Verschuivingspotentieel

Waar komen deze kiezers nu vandaan? Ik ga hier niet een volledig beeld schetsen, maar richt me alleen op de belangrijkste centrum-rechtse en radicaal-rechtse partijen en de partijen daartussenin. Ook neem ik de niet-stemmers mee. Specifiek kijk ik naar de mensen die bij de Tweede Kamerverkiezingen, een klein jaar voor het afnemen van de vragenlijst van het LISS-panel, hebben gestemd op CDA, VVD, JA21, PVV en FVD. Helaas kon ik BBB-stemmers niet meenemen in de analyse omdat er te weinig van hen in de dataset zaten.

Figuur 2 hieronder laat de resultaten zien. Laten we eerst kijken naar het percentage kiezers dat de kans groter dan 10% acht op de BBB te stemmen (grafiek linksboven). Vooral onder PVV-stemmers is dit percentage hoog. Maar de partij doet het ook aardig bij FVD- en JA21-stemmers. De BBB is – surprise, surprise – ook aardig populair onder CDA-stemmers.

De grafiek rechtsboven gaat over het JA21-potentieel. De 100% bij JA21 zelf geeft aan dat geen enkele JA21-stemmer uit 2021 de kans kleiner dan 10% acht opnieuw op de partij te stemmen. Verder doet de partij het goed onder PVV-stemmers en in iets mindere mate ook onder VVD-stemmers.

De mensen die de PVV overwegen staan weergegeven in de grafiek linksonder. De partij van Wilders is vooral populair onder FVD- en JA21-stemmers, maar doet het ook heel aardig onder niet-stemmers. Wat ik ook opvallend vind: maar liefst 31% van de VVD-stemmers schat de kans een stem op de PVV uit te brengen op 10% of hoger.

FVD (rechtsonder) doet het zelfs onder de eigen kiezers niet goed. 18% van de FVD-kiezers acht de kans opnieuw op de partij te stemmen kleiner dan 10% (niet in deze grafiek weergegeven, maar een aanvullende analyse laat zien dat maar liefst 15% zegt dat die kans 0% is). Van de PVV-stemmers ziet 24% zichzelf op FVD stemmen.

Figuur 2: Per partij (BBB, JA21, PVV, FVD) het percentage van het electoraat dat aangeeft dat de kans op deze partij te stemmen groter is dan 0%, uitgesplitst naar herkomstpartijen  

Ook hier geldt natuurlijk weer dat de percentages wat groeien op het moment dat we de kans per partij op groter dan 0% zetten (hier niet weergegeven). Maar de verhoudingen blijven ongeveer gelijk.

Ruimte en verschuivingen op radicaal-rechts

Het Nederlandse partijenlandschap bestaat uit drie blokken: links, centrum-rechts, en radicaal-rechts. Met name de verschuivingen binnen radicaal-rechts en tussen centrum-rechts en radicaal-rechts worden interessant. Wat kunnen we voorspellen met betrekking tot de PS19-naar-PS23-kiezersstromen op basis van de huidige peilingen en de analyse hierboven?

Vanuit centrum-rechts zullen er veel kiezers overlopen naar de “tussenpartijen” BBB en JA21. Mijn voorspelling op basis van de analyses hierboven: vanuit CDA trekken kiezers vooral naar BBB en vanuit VVD vooral naar JA21. Aan de andere kant van het radicaal-rechtse blok zal er ook flink wat gaan verschuiven. Vanuit FVD zullen kiezers waarschijnlijk veel kanten opzwermen (bedenk: die partij was heel groot bij de vorige Provinciale Statenverkiezingen). Ik verwacht dat deze kiezers vooral de weg naar de PVV en in iets mindere mate de BBB en JA21 zullen vinden. De PVV gaat dus vooral groeien door de mensen die klaar zijn met Baudet. Maar mogelijk gaat de partij ook niet-stemmers en zelfs voormalige VVD-kiezers trekken. Ga maar na: ongeveer een derde van de achterban van de grootste partij van ons land schat de kans op de PVV te stemmen op 10% of hoger. Dat zijn behoorlijk wat kiezers!   

Hoe dan ook gaan rechts-populisten het hoogstwaarschijnlijk goed doen. Ongeveer 30% van het electoraat lijkt volgens de huidige peilingen op BBB, JA21, PVV of FVD stemmen (ter vergelijking: bij de vorige Provinciale Statenverkiezingen stemde ongeveer 26% op een rechts-populistische partij en bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen 20%).

De belangrijke vraag is daarbij welke positie de relatieve nieuwkomers JA21 en BBB in de toekomst zullen gaan innemen. JA21 profileert zich met haar anti-immigratiestandpunten vrij duidelijk als een radicaal-rechtse partij. Of BBB zich op termijn ook zal ontwikkelen tot een full-blown radicaal-rechtse partij zal moeten gaan blijken. Het stemgedrag van de partij doet dat wel steeds meer vermoeden.

Hoe dan ook zullen er interessante verschuivingen gaan plaatsvinden in en rondom het radicaal-rechtse blok. Ik zou mijn geld sowieso inzetten op flinke groei. Tenzij Rutte zijn dubieuze “linksom of rechtsom”-frame een nieuwe schwung weet te geven.

Filed Under: Kiezers en publieke opinie, Uncategorized Tagged With: BBB, FvD, JA21, Populisme, PVV, radicaal-rechts, verkiezingen

Is economische tegenslag goed of slecht nieuws voor radicaal-rechtse partijen?

door Take Sipma 01/03/2022 2 Reacties

Radicaal-rechtse partijen zijn de afgelopen decennia niet meer weg te denken uit West-Europese democratieën. Deze politieke partijen – die bekend staan om hun sterke afkeer van immigratie en de zittende politieke elite – zouden hun populariteit onder meer te danken hebben aan slechte economische omstandigheden. Immigranten zouden met name ten tijde van een economische crisis worden gezien als bedreiging voor arbeidsmarktkansen en de huidige politieke elite zou vooral onder dergelijke omstandigheden ervan worden beticht niet de beloofde economische voorspoed te hebben kunnen bieden.

Toen in Nederland de PVV het tijdens de crisis goed deed, werd geregeld een verband gelegd tussen de populariteit van deze partij en de economische recessie. Ook Griekenland fungeerde daarbij als voorbeeldcasus, met de opkomst van de extreemrechtse Gouden Dageraad, die de aanhang zag groeien van vrijwel nul naar zeven procent tijdens de hoogtijdagen van de Griekse crisis. Tegenvoorbeelden werden doorgaans buiten beschouwing gelaten. Maar het is toch even opmerkelijk dat in die andere landen waar de crisis diep woedde, zoals in Ierland, Spanje en Portugal, radicaal-rechtse partijen geen voet aan de grond kregen?

In een eerdere meta-analyse laat ik samen met Marcel Lubbers zien dat de relatie tussen hoge werkloosheid en populariteit van radicaal-rechtse partijen nauwelijks bestaat. Er is weliswaar een klein significant effect in de veronderstelde richting, maar dat is alleen aanwezig in studies die de onderzochte relatie daadwerkelijk als centrale hypothese in hun studie hadden opgenomen, wat duidt op een mogelijke publication bias. Studies waarbij theoretische veronderstellingen bevestigd zijn, hebben een grotere kans gepubliceerd te worden. In studies waar economische omstandigheden slechts zijn meegenomen als controlevariabele – en waarbij de kans op publicatie dus niet of nauwelijks afhankelijk is van de significantie van dit effect – vonden we gemiddeld genomen geen significant effect tussen de stand van de economie en radicaal rechts stemgedrag.

Issue salience en radicaal rechts stemgedrag

In een nieuwe publicatie, draag ik samen met Carl Berning issue salience aan als verklaring waarom er geen, of in sommige gevallen zelfs een tegengesteld verband, tussen economische omstandigheden en radicaal-rechts stemgedrag is. Issue salience theory gaat er kort gezegd vanuit dat kiezers hun stemkeuze baseren op basis van het thema dat ze op dat moment het belangrijkst vinden en stemmen op een partij die zij zien als issue owner van dit thema; de partij die zij het meest capabel achten om dit probleem op te lossen.

Radicaal-rechtse partijen worden door veel kiezers beschouwd als issue owner op het migratiethema, en hebben hun populariteit deels te danken aan toegenomen salience van het immigratie-issue in de afgelopen decennia. In onze studie laten we niet geheel verrassend zien dat mensen die immigratie zien als het meest belangrijke probleem dat hun land momenteel kent, een grotere kans hebben om op een radicaal rechtse partij te stemmen dan mensen die andere problemen als het belangrijkst beschouwen.

Op de economische dimensie hebben radicaal-rechtse partij echter een minder uitgesproken profiel en worden in mindere mate gezien als issue owner van dit thema. Uit onze studie blijkt dan ook dat kiezers die de economie als belangrijkste issue beschouwen een significant kleinere kans hebben om op een radicaal-rechtse partij te stemmen, niet alleen ten opzichte van kiezers die immigratie het meest belangrijk vinden, maar ook ten opzichte van kiezers die andere, niet-migratie-gerelateerde, issues belangrijk vinden. In tijden van economische neergang maakt men zich logischerwijs meer zorgen over de economie en wordt er minder, niet meer, op radicaal-rechtse partijen gestemd.

Percepties van de economie spelen wel een rol

Waar de daadwerkelijke economische situatie in een land of regio bijdraagt aan een hogere issue salience van de economie en daarmee indirect aan een lagere kans om op een radicaal-rechtse partij te stemmen, blijken mensen die zich zorgen maken over de economie juist wel vaker op een radicaal-rechtse partij te stemmen. Ook dit kan deels worden verklaard door issue salience. We laten namelijk zien dat mensen die denken dat hun nationale economie er de afgelopen twaalf maanden op achteruit is gegaan ook vaker immigratie als belangrijkste issue beschouwen.

Deze verbanden verschillen echter tussen de onderzochte tijdsperioden. Tijdens de hoogtijdagen van de economische crisis, in 2009, was bijna iedereen het ermee eens dat de economische situatie was verslechterd en vonden wij geen significantie samenhang tussen perceptie van de economie en radicaal-rechts stemgedrag. Na de economische crisis vond slechts een klein deel van de respondenten dat de economie was verslechterd, maar deze groep vond de economie niet per se een belangrijker issue dan andere mogelijke issues en had toen wel een grotere kans om op een radicaal-rechtse partij te stemmen.

Hiervoor zijn verschillende verklaringen mogelijk. Ten eerste kunnen politieke partijen ook tijdens relatieve economische voorspoed de door kiezers ervaren werkelijkheid beïnvloeden zodat het binnen hun boodschap past. Als radicaal-rechtse partijen tijdens campagnes de boodschap uitdragen dat immigratie leidt tot economische tegenslag, kunnen mensen die de economische situatie als verslechterd beschouwen, mogelijk alsnog immigratie belangrijker vinden dan de economie en daarom een grotere kans hebben om op een radicaal rechtse partij te stemmen.

Ten tweede hebben mensen die over het algemeen meer maatschappelijk pessimisme ervaren een grotere kans om op een radicaal-rechtse partij te stemmen. Mensen die negatief zijn over de economie – ook wanneer de daadwerkelijke economische situatie niet is verslechterd – zijn mogelijk ook over andere thema’s pessimistischer, maar beschouwen bijvoorbeeld immigratie als het belangrijkste probleem en hebben daarom een grotere kans om op een radicaal-rechtse partij te stemmen.

Hoewel daadwerkelijke economische omstandigheden dus niet lijken samen te hangen met de populariteit van radicaal-rechtse partijen, kunnen radicaal-rechtse partijen wel stemmen winnen als ze in de perceptie van de kiezer economische problemen weten te koppelen aan problemen rondom immigratie.

Afbeelding: Mathieu Stern (via Unsplash)

Filed Under: Economie, Kiezers en publieke opinie Tagged With: economie, radicaal-rechts

Aflevering 94 – De ‘Heilige Alliantie’ tussen orthodoxe christenen en radicaal-rechts, met Sander Rietveld

door Armen Hakhverdian 15/04/2021 0 Reacties

Mijn gast van vandaag is Sander Rietveld, politicoloog en onderzoeksjournalist bij Zembla. Sander schreef een fascinerend boek, Nieuwe Kruisvaarders, over de verwantschap tussen orthodoxe christenen en radicaal-rechts. Hij groeide zelf op in een orthodox-prostentants milieu in Hasselt nabij Zwolle in de Bible Belt en beschrijft heel gedetailleerd de parallellen tussen deze twee ogenschijnlijk tegenstrijdige werelden.

We praten over hoe radicaalrechtse politici het christendom kapen voor hun politieke doeleinden, hoe orthodoxe christenen en radicaalrechts gezamelijke vijanden vonden in links-liberale en seculiere elites (en recentelijker natuurlijk de islam), en nog veel meer.

Achtergronden bij deze aflevering:

  • Plaatjes van de electoraatjes: de ChristenUnie
  • Het geheim van 101 jaar SGP
  • Between “Eradicate All False Religion” and “Love the Stranger as Yourself”: How Immigration Attitudes Divide Voters of Religious Parties

Download de podcast via iTunes | Spotify | Stitcher | Soundcloud | RSS

Stuk Rood Vlees · #94 – De ‘Heilige Alliantie’ tussen orthodoxe christeren en radicaal-rechts, met Sander Rietveld

Muziek: ‘Pollution‘ door Dexter Britain (CC BY-NC-SA 3.0)

Filed Under: Kiezers en publieke opinie, Religie, ideologie en ethiek Tagged With: ChristenUnie, Populisme, radicaal-rechts, religie, SGP, stuk rood vlees podcast

Cas Mudde: “Rutte vormt grotere bedreiging voor de liberale democratie dan uiterst rechts”

door Armen Hakhverdian 27/03/2021 1 Reactie

Iris Beau Segers, onderzoeker aan het Center for Research on Extremism (C-REX), interviewt Cas Mudde, Hoogleraar aan de Universiteit van Georgia, over de verkiezingsuitslagen. Over Mark Rutte, de nederlaag van links, de zege van uiterst rechts en de toekomst van de Nederlandse democratie. Dit is een vertaling van een eerdere versie van het interview dat verscheen op het blog van C-REX.

De corona-stem: leiderschap wint de race

Verkiezingen ten tijde van corona: veel gesloten deuren, een avondklok, en praktisch geen verkiezingscampagne. Cas Mudde denkt dat de situatie rond COVID-19 in het voordeel van twee politici heeft gewerkt: Mark Rutte, wiens VVD wederom de grootste is geworden, en Thierry Baudet, die met Forum voor Democratie van 2 naar 8 zetels is gegroeid. “Rutte profiteerde van zijn nadruk op leiderschap, zelfs terwijl hij op dat gebied weinig heeft gepresteerd. Aan de andere kant was Baudet de stem voor iedereen die de COVID-19 maatregelen zat was, en benadrukte dit door fysiek campagne te voeren.” Beide strategiën bleken te werken, volgens recente opiniepeilingen: rond de 50 en 75 procent van VVD en FvD stemmers (resp.) zeiden dat de coronamaatregelen een belangrijk onderwerp was in hun politieke keuze, vergeleken met ongeveer een derde van de kiezers van andere partijen.

Rutte’s enige grote rivaal op het gebied van leiderschap was Sigrid Kaag, wiens vrouwelijke en meer centristische alternatief voor tien jaar aan Rutte-kabinetten zorgde voor een onverwachte winst voor D66. Maar terwijl het grootste deel van de media-aandacht naar Rutte en Kaag ging, was de daadwerkelijke winnaar van deze verkiezingen uiterst rechts: FvD, PVV en JA21 sleepten samen een ongekende 28 zetels binnen.

De Nederlandse media: ‘Teflon Mark’ en de oververtegenwoordiging van uiterst rechts

Hoe is het mogelijk dat twee partijen van een gevallen regering (de VVD en D66) zetels winnen, vlak nadat is gebleken dat de overheid jarenlang systematisch ethnisch profileerde, en hiermee duizenden gezinnen heeft gedupeerd? “De Nederlandse media hebben hierin een grote rol gespeeld,” zegt Mudde. “Laten we eerlijk zijn – je hebt een campagne in de nasleep van een schandaal, maar dat schandaal speelt geen rol in de campagne. Ik denk niet dat er veel landen zijn met vrije media, waarin dit zou kunnen gebeuren.” Met een decennium als premier achter de rug is Mark Rutte ondertussen de op twee na langst zittende Europese leider, na de Hongaarse premier Victor Orbán en Duitse bondskanselier Angela Merkel. Gedurende deze periode hebben de Nederlandse media weinig gedaan om Rutte’s vele tegenstrijdigheden aan het licht te brengen, zegt Mudde, of zijn betrokkenheid in ethnisch profileren door overheidsinstanties. Rutte heeft een nationaal en internationaal imago opgebouwd van een tamelijk bescheiden, ‘normale’ man die naar zijn werk fietst en zijn eigen koffie betaalt. Met de media aan zijn kant glijden schandalen zo van manager ‘Teflon Mark’ af.

Mudde benadrukt bovendien dat de Nederlandse media sinds 2002, toen de LPF kort na de moord op Pim Fortuyn 17 procent van de stemmen kreeg, ook dispropotioneel veel aandacht schenken aan uiterst rechts. “Fortuyns succes was een keerpunt in de Nederlandse media en in de politiek, die na de electorale winst van de LPF dachten dat Fortuyn voor een zwijgende meerderheid sprak. Voor 2002 waren de Nederlandse media militant anti-radicaalrechts, en onderzoek van Léonie de Jonge laat zien hoe dit fundamenteel veranderde: de media zagen Pim Fortuyn’s succes als het gevolg van hun eigen politieke berichtgeving, en hun poging om vervolgens meer neutraal te zijn leidde tot een overcompensatie – uiterst rechtse politici hebben sindsdien disproportioneel veel aandacht gekregen.” Dit bleek ook duidelijk het geval in de huidige verkiezingen, waarin Thierry Baudet verhoudingsgewijs de meeste aandacht van de media kreeg.

‘Uiterst rechts is een blijvende factor’

Wat kunnen we verwachten van de drie uiterst rechtse partijen die in de Tweede Kamer zitten? Mudde denkt dat uiterst rechts mogelijk haar politieke hoogtepunt al achter zich heeft gelaten, ondanks het electorale succes in de verkiezingen. “Uiterst rechts heeft in Nederland lange tijd ver boven haar electorale gewicht gebokst – hoewel zij gemiddeld 10-15 procent van de stemmen kregen, hebben ze de politieke agenda gedomineerd.” Na twee decennia gelooft Mudde dat deze disproportionele aandacht langzaam tot een einde komt: “Nieuws is een beetje als drugs. Je moet steeds meer en meer doen om nieuwswaardig te blijven. Als je naar deze verkiezingen kijkt, is uiterst rechts eigenlijk de grote winnaar, en toch domineren ze het nieuws niet. Dat is de ironische consequentie van het mainstreaming effect: uiterst rechts is ondertussen te normaal om nog veel aandacht te trekken.”

Hoewel de Tweede Kamer nu drie uiterst rechtse partijen telt, wijst Mudde erop dat Geert Wilders tot dusver de enige stabiele politicus is: “Hoewel hij de laatste tijd iets meer anti-establishment is geworden, weet je van Wilders precies wat je kan verwachten: zijn politiek is anti-Islam. Afgezien van zijn branie, is Wilders een vrij mainstream politicus: hij gaat naar de Tweede Kamer, weet precies hoe alles werkt, en dient zo nu en dan wetvoorstellen in, soms samen met andere partijen zoals de sociaal-democraten.” Thierry Baudet is daarmee vergeleken erg onberekenbaar, volgens Mudde. “Hij komt zelden naar de Kamer en als hij komt, dan is het voor het spektakel. Na voortdurende schandalen en onderlinge strijd zijn een aantal voormalige FvD leden in 2020 opgestapt, en hebben nieuwkomer JA21 opgericht. Mudde verwacht dat het niet lang zal duren tot zij in soortgelijke problemen zullen belanden.

Van relatief progressief naar groeiend conservatisme

Toch rekent Mudde erop dat uiterst rechts een blijvende invloed heeft, maar met name door de mainstreaming en normalisering van hun beleid: “Het is nu normaal geworden om immigratie als een probleem te zien, en als een dreiging voor nationale identiteit en veiligheid.” Ondanks hun liberale imago, is de VVD een zeer conservatieve partij, wiens beleid steeds meer gericht is op immigratiebeperking en eenzijdige aanpassing aan de dominante cultuur. Volgens Mudde zijn dit precies de soort ontwikkelingen die bijdragen aan de normalisering van uiterst rechtse ideeen. Rutte heeft zelf herhaaldelijk geprobeerd om uiterst rechts te overtreffen door te beweren dat hij de meer effectieve anti-immigratie politicus is. In een recent verkiezingsdebat met Wilders zei Rutte bijvoorbeeld het volgende: “Ook ik wil minder migratie. Maar terwijl u inderdaad woedend op de bank zat te twitteren, heb ik de afgelopen jaren ervoor gezorgd dat het aantal migranten, het aantal vluchtelingen, uit Syrië met 90 procent is afgenomen door deals te sluiten met Turkije.”

Dit groeiende conservatisme lijkt tegenstrijdig met het Nederlandse imago van een open, tolerante en liberale samenleving. “Nederland had altijd een relatief progressief centrum-rechts”, zegt Mudde, “maar dit veranderde toen de socio-culturele agenda van onderwerpen als abortus, euthanasie en het homohuwelijk verschoof naar immigratie en de EU.” Nieuwe progressieve partijen zoals VOLT en BIJ1 komen nu op tegen het groeiende conservatisme op socio-culturele thema’s, door juist campagne te voeren op basis van de multiculturele samenleving en EU-integratie. Toch denkt Mudde niet dat er snel een linkse wederopbloei gaat komen in de huidige Nederlandse politiek: “Zelfs als het aankomt op klassieke socio-economische vraagstukken, heeft links zelden gewaagde standpunten, en ze blijven ambivalent over belangrijke onderwerpen zoals immigratie en de EU.”

Openheid en tolerantie onder druk

Een groeiend uiterst rechts, een dominant en zeer conservatief centrum-rechts, en krimp op links. Wat betekent dit voor de toekomst van de liberale democratie in Nederland? “Het is belangrijk om je te realiseren dat Nederland nog steeds een van de meest open en tolerante landen van de wereld is, zelfs in de huidige situatie,” zegt Mudde. Hij ziet tegelijkertijd wel hoe de relatieve openheid in Nederland hier en daar onder druk komt te staan: “De laatste jaren is de situatie van verschillende groepen niet verbeterd. Denk aan moslims, maar ook aan de LGBTQ-gemeenschapp die niet alleen op straat worden aangevallen, maar ook door orthodox-christelijke partijen in de Tweede Kamer. Gendergelijkheid hebben we nog lang niet bewerkstelligd, hoewel veel Nederlanders ervan overtuigd zijn dat die ongelijkheden allang zijn opgelost.”

De groeiende normalisering van uiterst rechtse ideeën vormt een bedreiging voor de rechten van minderheden, volgens Mudde. Toch gelooft hij dat de grootste dreiging voor de Nederlandse liberale democratie zich bevindt in ondemocratisch liberalisme, dat zich vooral heeft ontwikkeld onder Rutte’s premierschap. “De regering is grotendeels gevallen over ethnisch profileren, samen met een soort autoritaire houding tegenover mensen in de bijstand, of in dit geval, kindertoeslag. We hebben een bureaucratie die het volk wantrouwt, gebaseerd op een rechts idee dat mensen die de staat gebruiken, de staat misbruiken.” Mudde wijst ook op het grote gebrek aan verantwoording onder rechtse politici. “Rutte is daar het voornaamste voorbeeld van. Hij heeft de Tweede Kamer niet gerespecteerd. Zelfs wanneer zijn regering in crisis is, neemt hij nauwelijks de tijd om op vragen en aanklachten te reageren.” Mudde benadrukt dat dit gebrek aan transparantie en aansprakelijkheid van de regering een kwestie is waarin niet alleen linkse partijen, maar ook middenpartijen zoals D66 elkaar moeten vinden om zo de Nederlandse liberale democratie ook in de toekomst te beschermen.

Filed Under: Kiezers en publieke opinie Tagged With: links, mark rutte, Populisme, radicaal-rechts, Thierry Baudet, verkiezingen

Stemmen: een verkiezingspodcast zonder peilingen. Aflevering 5 – De Grote Uitslagenshow

door Armen Hakhverdian 19/03/2021 2 Reacties

In deze aflevering bespreken we de verkiezingsuitslagen. Aan tafel zitten maar liefst vijf politicologen. Rosan Smits (hoofdredacteur van De Correspondent) studeerde politicologie aan de Universiteit van Amsterdam, waar Tom van der Meer en ikzelf onderzoek doen en lesgeven.

Daarnaast zijn te gast: Loes Aaldering (Vrije Universiteit Amsterdam), die mediaonderzoek deed en zag dat vrouwelijke lijsttrekkers veel (!) minder aandacht kregen dan hun mannelijke concurrenten. Matthijs Rooduijn (Universiteit van Amsterdam) onderzoekt hoe de opkomst van rechts-populisme onze democratie onder druk zet.

We bespreken de uitslagen én beantwoorden vragen van onze luisteraars.

Stemmen wordt gemaakt door Rosan Smits, Anna Vossers, Jacco Prantl, Tom van der Meer en Armen Hakhverdian.

Voor meer achtergronden, zie hier.

Het volledige dossier staat hier: decorrespondent.nl/collectie/stemmen

Abonneren kan via iTunes | Spotify | Stitcher | Soundcloud | RSS

Stuk Rood Vlees · Stemmen #5: De Grote Uitslagenshow

Filed Under: Kiezers en publieke opinie Tagged With: d66, Populisme, radicaal-rechts, stemmen, stuk rood vlees podcast, verkiezingen

  • Go to page 1
  • Go to page 2
  • Go to page 3
  • Interim pages omitted …
  • Go to page 11
  • Go to Next Page »

Primary Sidebar

Volg ons

  • Facebook
  • Twitter
  • RSS Feed

Populaire berichten

De ideologie van Forum voor Democratie

De ongemakkelijke realiteit van de antivaccinatie-beweging

Wat als… Nederland het Britse kiesstelsel zou hebben?

Willekeurige berichten

Economisme in de wetenschap: Waarom het debat over het CPB-rapport zo belangrijk is

Lokale verkiezingen. Foto: Flickr/RNW (CC BY-ND 2.0)

Lokale verkiezingen: heb je iets aan landelijke peilingen?

Wat doet Wilders op de PVV poster voor de Provinciale Statenverkiezingen?

Podcast

Episode 106 – “I’m f**king furious and I don’t f**king care anymore”, with Rob Ford

Rob Ford (University of Manchester) joins us to discuss the resignation of Liz Truss and the sorry … [Lees verder...]

Episode 105 – A new prime minister and a new monarch, with Rob Ford

For the first time ever, the UK acquired a new prime minister and a new monarch in the same week. … [Lees verder...]

Aflevering 104 – Terugblik gemeenteraadsverkiezingen, met Josje den Ridder, Simon Otjes en Tom van der Meer

We gaan de gemeenteraadsverkiezingen nabeschouwen met Josje den Ridder (SCP), Simon Otjes … [Lees verder...]

Populisme

Plaatjes van de electoraatjes: de radicaal-rechtse ruimte

Over anderhalve week stemmen we voor de Provinciale Staten en de waterschappen. Waar zullen we – … [Lees verder...]

Analyse van raadsinstrumenten laat zien: ook in gemeenteraden heerst het monisme

Het is alweer ruim een half jaar geleden dat de gemeenteraadsverkiezingen plaatsvonden. Inmiddels … [Lees verder...]

Gevoelens van culturele afstand als verklaring voor de opleidingskloof in anti-establishment-opvattingen en -gedrag

In veel Westerse democratieën leven onder een aanzienlijk deel van de bevolking … [Lees verder...]

Blogroll

  • Andrew Gelman
  • Ballots & Bullets
  • Fight Entropy
  • FiveThirtyEight
  • The Monkey Cage
  • The Upshot
  • Wonkblog
  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

© 2023 StukRoodVlees

Copyright © 2023 · SRV Theme op Genesis Framework · WordPress · Log in