• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
StukRoodVlees

Politicologie en actualiteit

  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

wetgevingsproces

Wat ‘The Cycle of Coalition’ ons kan leren over de moeizame kabinetsformatie

door Rick van Well 31/08/2021 1 Reactie

De kabinetsformatie zit muurvast. Elke combinatie van mogelijke coalitiepartners wordt geblokkeerd door minimaal één andere partij. VVD en CDA willen het liefst de huidige coalitie met de ChristenUnie voortzetten, maar D66 ziet dat niet zitten. PvdA en GroenLinks willen niet zonder elkaar deelnemen aan een coalitie, maar dat stuit weer op weerstand bij VVD en CDA. Een onlangs verschenen boek van David Fortunato, The Cycle of Coalition: How Parties and Voters Interact under Coalition Governance, kan ons deze impasse leren begrijpen en biedt lessen voor de toekomst.

Fortunato onderzoekt in zijn boek het gedrag van politieke partijen en kiezers tijdens coalitiekabinetten. Hij observeert een ‘coalitiecyclus’ (cycle of coalition) die er kortweg als volgt uit ziet: 1) coalitiepartijen sluiten compromissen die het kabinetsbeleid vormgeven; 2) kiezers reageren hierop door hun oordeel over de coalitiepartijen te veranderen en door te dreigen de coalitie bij verkiezingen af te straffen; 3) coalitiepartijen passen zich hier weer op aan door zich in het parlement sterker van elkaar te onderscheiden. (Fortunato vatte de coalitiecyclus ook samen in deze geinige strip).

Kiezers vinden dat partijen die compromissen sluiten hen slecht vertegenwoordigen

Volgens Fortunato raken kiezers meestal teleurgesteld in partijen die compromissen sluiten. Ten eerste stelt hij dat kiezers deze partijen als minder competent beschouwen. Om dit te onderzoeken heeft hij verschillende scenario’s voorgelegd aan groepen Britse en Nederlandse kiezers.

In deze scenario’s werden dezelfde fictieve partijen en hetzelfde tweepartijenkabinet gepresenteerd, maar met elk een verschillende uitkomst van een begrotingsonderhandeling. Respondenten die lazen dat de coalitie een compromis had bereikt, vonden dat de coalitiepartijen hun kiezers slechter hadden vertegenwoordigd dan respondenten die lazen dat zij niet in staat waren geweest er samen uit te komen.

Fortunato noemt drie redenen waarom de meeste kiezers hard oordelen over het onderhandelingsresultaat van coalitiepartijen:

  • Mensen hebben een natuurlijke neiging tot optimisme waardoor zij de kans op onwenselijke gebeurtenissen onderschatten (‘optimisme bias’). Deze bevinding uit de psychologie vertaalt zich politiek naar kiezers die onredelijke verwachtingen hebben van de beleidswinsten die partijen kunnen behalen in coalitieonderhandelingen.
  • Kiezers zijn niet altijd even goed op de hoogte van de standpunten van alle onderhandelende partijen. Zij zijn redelijk goed op de hoogte van de standpunten van de door hen gekozen partij, maar (veel) minder van die van andere partijen. Als de eerstgenoemde water bij de wijn doet, valt dit meer op dan wanneer coalitiepartners dat moeten doen.
  • Het komt natuurlijk ook voor dat een partij simpelweg een slechter onderhandelingsresultaat bereikt dan zijn coalitiepartners.
Kiezers denken dat coalitiepartijen hun standpunten veranderen

Het tweede risico dat coalitiepartijen lopen is dat kiezers hun percepties van partijstandpunten aanpassen. Omdat coalitiepartijen gezamenlijk het kabinetsbeleid vormgeven, gaan zij in de ogen van veel kiezers gedurende de kabinetsperiode ideologisch steeds meer op elkaar lijken.

In het eerdergenoemde experiment plaatsten respondenten die het compromisscenario gelezen hadden de coalitiepartijen dichter bij elkaar op een links-rechtsschaal dan respondenten die over het non-besluit lazen. Daarmee kan coalitiedeelname het politieke profiel van coalitiepartijen aantasten, wat hun electorale vooruitzichten ernstig kan schaden.

Coalitiepartijen worden meestal door kiezers afgestraft

Volgens Fortunato hebben kiezers uitgesproken opvattingen over het gewenste overheidsbeleid en vinden zij het belangrijk dat partijen hun beleidsvoorkeuren doorvoeren. Zij gebruiken informatie over het beleidsvormingsproces om coalitiepartijen hierop af te rekenen.

Fortunato onderzoekt het electorale lot van coalitiepartijen op basis van enquêtegegevens van respondenten die ondervraagd zijn rondom meerdere opeenvolgende verkiezingen (panel data) uit Denemarken, Duitsland, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen en Zweden.

Respondenten die een ideologische verschuiving van een partij richting haar coalitiepartner observeerden, stemden minder vaak op deze partij dan kiezers die vonden dat een coalitiepartij ideologisch standvastig was gebleven. Partijen die zich in een coalitieregering té coöperatief opstellen worden door kiezers afgestraft.

Coalitiepartijen die zich in het parlement onderscheiden presteren beter bij verkiezingen

De dreiging van een toekomstige verkiezingsnederlaag dwingt coalitiepartijen hun gedrag in het parlement aan te passen. Het is voor coalitiepartijen echter onvermijdelijk om voor en tijdens de kabinetsperiode voortdurend compromissen met elkaar te sluiten over het kabinetsbeleid. Coalitiepartijen die tegen voorstellen van het kabinet stemmen, brengen bovendien het voorbestaan van de coalitie in gevaar.

Fortunato beargumenteert dat het wetgevingsproces wél mogelijkheden biedt voor coalitiepartijen om afstand te nemen van het kabinet. Coalitiepartijen dienen dan bijvoorbeeld amendementen in om uitdrukking te geven aan onenigheid met het kabinet, zo blijkt uit zijn analyse van 2.200 kabinetsvoorstellen in België, Denemarken en Nederland. Hoewel Fortunato andere parlementaire hulpmiddelen grotendeels negeert, kunnen coalitiefracties zich ook onderscheiden door zich uit te spreken tijdens parlementaire debatten, Kamervragen te stellen of moties in te dienen.

Journalisten en politieke commentatoren die dit onderscheidende gedrag van coalitiepartijen observeren, baseren op basis hiervan hun verslaggeving over de verhoudingen binnen de coalitie, zo blijkt uit Fortunato’s analyse van mediaberichtgeving. Hoe meer media verslag deden van coalitieconflicten, hoe beter de verkiezingsuitslagen van coalitiepartijen waren.

Lessen voor de Nederlandse kabinetsformatie

Klassieke coalitietheorieën gaan ervan uit dat politieke partijen tijdens kabinetsformaties gericht zijn op het binnenhalen van zo veel mogelijk kabinetsposten en het zo ver mogelijk sturen van het kabinetsbeleid richting hun ideale beleidspositie. The Cycle of Coalition herinnert ons eraan dat partijen een afweging moeten maken tussen de opbrengsten én de electorale risico’s van kabinetsdeelname.

Die risico’s worden groter als zij een grote afstand met ideologische verschillende coalitiepartners moeten overbruggen, en als zij belangrijke electorale concurrenten in de oppositie achterlaten. Daarom houden VVD en CDA elkaar vast, wil D66 een breed kabinet met linkse én rechtse partijen en willen PvdA en GroenLinks niet als enige linkse partij in het kabinet.

Het boek van Fortunato leert ons echter ook dat er een manier is waarop coalitiepartijen electorale risico’s kunnen beperken gedurende de kabinetsperiode: in het parlement voldoende conflict creëren bínnen de coalitie.

Filed Under: Kiezers en publieke opinie, Politieke partijen, Regering en beleid Tagged With: amendementen, beleidsvoorkeuren, beleidsvorming, boek, coalitie, coalitieformatie, coalitiepartijen, coalitieregering, coalities, coalitievorming, compromis, compromissen, conflict, Formatie, kabinetsformatie, kabinetsformatie 2021, kiezers, kiezersonderzoek, onderhandelingen, parlement, partijen, Partijen & parlementen, partijstrategie, Politieke partijen, politieke vertegenwoordiging, verkiezingen, Vertegenwoordiging, wetgevingsproces

De flexwet is ‘mislukt’: hebben journalistiek en politiek zitten slapen?

door Lotte Melenhorst 07/03/2016 0 Reacties

Het gaat niet goed met het kroonjuweel van Lodewijk Asscher. Het is begin maart 2016 en journalistiek Nederland duikt op zijn Wet Werk en Zekerheid (WWZ). Het NRC publiceert op 1 maart een interview met de voorzitter van MKB-Nederland, die stelt dat de ontslagwet ‘als een grauwsluier op de arbeidsmarkt’ ligt. Nieuwsuur maakt een item onder de titel: “MKB-voorzitter: Wet Werk en Zekerheid is mislukking”, EenVandaag concludeert dat de “Nieuwe flexwet onder vuur” ligt. De berichtgeving in de diverse media is vrij eenduidig: “MKB-Nederland: ontslagwet is mislukt”, zo kopt het Financieele Dagblad. De Telegraaf schrijft: “Werkgevers: nieuwe flexwet is veel te complex”, het Algemeen Dagblad: “Flexwet levert eerder ontslag op dan vast werk”.

Niet geheel toevallig vindt in dezelfde week in de Tweede Kamer een rondetafelgesprek over de WWZ plaats. Politiek Den Haag is bezorgd en reageert uiteraard ook meteen in de media. Nu.nl constateert: “Kamer ziet problemen rond Wet Werk en Zekerheid alleen maar toenemen”, Radio 1 trekt daaruit de conclusie: “De Wet Werk en Zekerheid moet zo snel mogelijk van tafel”. De kroonprins zelf laat dit alles niet onberoerd. Asscher zegt tegen de NOS dat hij nog deze kabinetsperiode nieuwe voorstellen voor de bekritiseerde WWZ wil uitwerken.

Hebben journalistiek en politiek zitten slapen? Als de WWZ echt zo’n mislukking is, had niemand dat dan eerder op kunnen merken? En hoe heeft dit wetsvoorstel door de beide Kamers kunnen komen? Als je de recente berichtgeving bekijkt zou je de indruk kunnen krijgen dat alles tot dit moment koek en ei was. Het feit dat journalisten het onderwerp unaniem nieuwswaardig lijken te vinden draagt sterk aan die suggestie bij. Het is echter zeker niet zo dat de behandeling en de implementatie van de WWZ onopgemerkt voorbij zijn gegaan.

Sociaal Akkoord en Herfstakkoord

De WWZ is een van de casussen die ik bestudeerd heb in het kader van mijn promotieonderzoek naar de rol die media spelen tijdens wetgevingsprocessen in Nederland. Een korte samenvatting van de voorgeschiedenis: het wetsvoorstel hervormt het ontslagrecht, flexwerk en de WW en is 2014 aangenomen. De plannen staan niet op zich, maar zijn voortgekomen uit het Sociaal Akkoord dat het kabinet in april 2013 sloot met de sociale partners. Vervolgens maakte het kabinet in oktober 2013 afspraken over de begroting voor 2014 met de zogenaamde ‘constructieve drie’ (D66, ChristenUnie en SGP), en via dit Herfstakkoord verleenden zij in principe ook hun steun aan de WWZ.

Media-aandacht

Zowel het Sociaal Akkoord als het Herfstakkoord konden in op veel journalistieke belangstelling rekenen. Journalisten wilden graag weten welke compromissen gesloten waren en of er haken en ogen aan de plannen zaten; de sociale partners, coalitiepartijen en constructieve oppositie wilden graag over het voetlicht brengen wat ze voor elkaar hadden gekregen; en de overige oppositiepartijen wilden graag aandacht genereren voor de problemen die door het beleid zouden ontstaan. Na het sluiten van de akkoorden werd het even wat rustiger: de minister was het wetsvoorstel aan het uitwerken en hier en daar werd er nog verder onderhandeld over de details van de wet.

Tweede Kamer

Toen Asscher het wetsvoorstel eind 2013 bij de Tweede Kamer indiende verschenen er diverse berichten in de media over wat er uiteindelijk precies in het wetsvoorstel stond. De berichtgeving was in eerste instantie vooral gericht op de vraag ‘wat betekent de WWZ voor u?’. Rondom de behandeling van het wetsvoorstel was er zowel in de Kamer als in de pers veel aandacht voor de vraag of de wet haar doelen wel zou gaan bereiken. In de media werden veel experts (hoogleraren, juristen) aan het woord gelaten. De berichtgeving bevatte vaak twijfels: men vond het moeilijk om te voorspellen wat het precieze effect van de WWZ op de arbeidsmarkt zou zijn. Sommige experts klommen zelf in de pen: zo verscheen op de ochtend van het debat in de Tweede Kamer in het FD een kritisch opiniestuk van Ferdinand Grapperhaus, die beargumenteerde dat het wetsvoorstel de “doelstellingen eenvoud, eerlijkheid en grotere kansen op werk niet waar” maakte. Van dit soort berichtgeving werd dankbaar gebruik gemaakt door Kamerleden die hun kritiek wat kracht wilden bijzetten –CDA-Kamerlid Pieter Heerma verwees bijvoorbeeld naar het stuk van Grapperhaus.

Eerste Kamer

Ook tijdens de Eerste Kamerbehandeling bleven er berichten met twijfels en kritiek in de media verschijnen. Zo publiceerde Trouw op de dag van het debat in de Eerste Kamer een stuk onder de kop “Deze wet gaat geen vaste banen opleveren”. De boodschap: hoogleraren verwachten dat de WWZ het ontslagrecht alleen maar complexer maakt. GroenLinks-senator Tof Thissen maakte voor Eerste Kamerbegrippen wel heel expliciet gebruik van media-aandacht: hij citeerde het artikel namelijk grotendeels letterlijk in zijn bijdrage. Ook een aantal opiniemakers bleven zich met de behandeling van de WWZ bezig houden: Mathijs Bouman schreef bijvoorbeeld een column in het FD onder de weinig verhullende titel ‘Laatste kans voor Eerste Kamer om domste wet van dit kabinet tegen te houden’.

Brede steun

Tijdens de behandeling van de WWZ uitten allerlei fracties hun twijfels over de effectiviteit van de wet, daarbij gevoed door de mediaberichtgeving. Het is echter zeker niet zo dat de wet met de hakken over de sloot aangenomen werd. De coalitiepartijen en constructieve oppositiepartijen steunden de wet in beide Kamers, evenals het CDA en GroenLinks (en Bontes in de Tweede Kamer) – partijen die niet gebonden waren via een akkoord, en die getuige de genoemde voorbeelden zelfs een vrij kritisch geluid lieten horen tijdens de behandeling. Een groot deel van de partijen in beide Kamers gaf Asscher het voordeel van de twijfel.

Ten langen leste

Kort nadat de wet was aangenomen deden zich de eerste ‘problemen’ met de wet voor. Journalisten vinden vanaf dat moment ieder concreet gevolg van de wet zeer nieuwswaardig. Toen bijvoorbeeld op 1 juli 2015 het grootste deel van de wet in werking trad verschenen er grote stukken in de kranten en items op tv. Asscher startte bovendien een heus media-offensief: hij bood een scala aan journalisten een uitgebreid interview aan. Politici van allerlei partijen – ook die de wet gesteund hadden – stelden vragen naar aanleiding van de berichtgeving en werden alsmaar terughoudender in het verdedigen van de WWZ. Die trend lijkt zich naarmate de tijd vordert alleen maar door te zetten, en inmiddels vindt zelfs Asscher dat de wet aangepast moet worden. Journalisten en politici hebben dus zeker niet al die tijd zitten slapen, maar het heeft lang geduurd voordat de ophef fundamentele politieke gevolgen kreeg.

Filed Under: Media, Politieke partijen, Regering en beleid Tagged With: asscher, flexwet, wetgevingsproces

Primary Sidebar

Volg ons

  • Facebook
  • Twitter
  • RSS Feed

Populaire berichten

De ideologie van Forum voor Democratie

De ongemakkelijke realiteit van de antivaccinatie-beweging

Wat als… Nederland het Britse kiesstelsel zou hebben?

Willekeurige berichten

Peilingennieuws geeft weinig informatie over onderzoeksaanpak. Hoe kan dat beter?

Brexit en de verdeeldheid van het Britse Old Boys netwerk

Aflevering 60 – De impact en oorsprong van economisch nieuws, met Alyt Damstra

Podcast

Episode 106 – “I’m f**king furious and I don’t f**king care anymore”, with Rob Ford

Rob Ford (University of Manchester) joins us to discuss the resignation of Liz Truss and the sorry … [Lees verder...]

Episode 105 – A new prime minister and a new monarch, with Rob Ford

For the first time ever, the UK acquired a new prime minister and a new monarch in the same week. … [Lees verder...]

Aflevering 104 – Terugblik gemeenteraadsverkiezingen, met Josje den Ridder, Simon Otjes en Tom van der Meer

We gaan de gemeenteraadsverkiezingen nabeschouwen met Josje den Ridder (SCP), Simon Otjes … [Lees verder...]

Populisme

Plaatjes van de electoraatjes: de radicaal-rechtse ruimte

Over anderhalve week stemmen we voor de Provinciale Staten en de waterschappen. Waar zullen we – … [Lees verder...]

Analyse van raadsinstrumenten laat zien: ook in gemeenteraden heerst het monisme

Het is alweer ruim een half jaar geleden dat de gemeenteraadsverkiezingen plaatsvonden. Inmiddels … [Lees verder...]

Gevoelens van culturele afstand als verklaring voor de opleidingskloof in anti-establishment-opvattingen en -gedrag

In veel Westerse democratieën leven onder een aanzienlijk deel van de bevolking … [Lees verder...]

Blogroll

  • Andrew Gelman
  • Ballots & Bullets
  • Fight Entropy
  • FiveThirtyEight
  • The Monkey Cage
  • The Upshot
  • Wonkblog
  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

© 2023 StukRoodVlees

Copyright © 2023 · SRV Theme op Genesis Framework · WordPress · Log in