• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
StukRoodVlees

Politicologie en actualiteit

  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

Tweestrijd om het Torentje? VVD versus PVV

door Tom van der Meer 14/10/2016 3 Reacties

Het zingt rond in de media. De komende verkiezingscampagne zou wel eens een tweestrijd kunnen worden tussen de VVD en de PVV, een duel tussen Rutte en Wilders om het Torentje. De afgelopen weken schreven onder anderen Tom Jan Meeus (NRC) en Hans Goslinga (Trouw) hierover. Het idee is dat de twee partijen elkaar in de campagne actief zullen opzoeken om zich tegen de ander af te zetten. Zo houden ze de aandacht op zichzelf gevestigd en zouden ze de andere partijen electoraal leeg kunnen zuigen.

Een door media opgeklopte strijd tussen twee partijen om de grootste te worden lokt bij kiezers inderdaad strategisch stemgedrag uit die andere partijen wegdrukt. De laatste decennia zagen we bijvoorbeeld een tweestrijd tussen Kok (PvdA) en Bolkestein (VVD) in 1998, tussen Balkenende (CDA) en Bos (PvdA) in 2003 en 2006, en tussen Rutte (VVD) en Roemer (SP) en later Samsom (PvdA) in 2012. Regelmatig was zo’n tweestrijd zelfs zo succesvol, dat ze na de verkiezingen leidde tot een coalitie tussen de twee kemphanen.

Zou zo’n tweestrijd zich in 2017 kunnen herhalen, maar dan met de VVD en de PVV als hoofdrolspelers? Nou, nee. Dat is hoogst onwaarschijnlijk. Zo’n tweestrijd zou bokkensprongen vergen van alle hoofdrolspelers: de partijen en de media en de kiezers.

Minstens vier problemen staan een electoraal succesvolle tweestrijd tussen VVD en PVV in de weg.

 

1. De partijen zijn geen natuurlijke tegenhangers

Voor een succesvolle tweestrijd moeten partijen zich kunnen opstellen als elkaars tegenpolen. Maar daar gaat het op de belangrijkste onderwerpen al mis. De VVD is economisch uitgesproken rechts, terwijl de PVV zich hoogstens ambivalent opstelt. De partij van Wilders maakt regelmatig gebruik van linkse retoriek, maar stemt in de Tweede Kamer vaker als een rechtse partij. Omgekeerd is de PVV de meest uitgesproken partij tegen multiculturalisme en immigratie. Niemand kan de VVD van Rutte, Schippers en Zijlstra echter omschrijven als een partij van multiculti’s. Inhoudsnalyses van partijprogramma’s tonen dat de twee partijen zich gezamenlijk ophouden in een rechts-conservatieve hoek van het partijstelsel. Ze zijn niet elkaars tegenhanger, maar elkaars directe electorale concurrenten. Een tweestrijd tussen de twee partijen zou dus eerder leiden tot het afsnoepen van elkaars kiezers dan het aantrekken van kiezers van andere partijen.

Hoogstens is het denkbaar dat een derde thema een rol gaat spelen, waarin de PVV zich opstelt als uitdager van een corrupte elite en de VVD omgekeerd het verwijt uitspeelt dat Wilders geen politieke verantwoordelijkheid neemt. In de praktijk wordt politiek wantrouwen bij verkiezingen echter vooral gemobiliseerd door het op te hangen aan saillante verkiezingsthema’s. En daarop verschillen de VVD en de PVV relatief weinig van elkaar. Een tweestrijd komt dan maar moeilijk van de grond.

 

2. Nederlandse kiezers zijn tot nu toe opvallend trouw aan een coherent blok van partijen

Een tweestrijd tussen partijen die op elkaar lijken is niet aantrekkelijk voor strategische stemmers. De Nederlandse kiezer is namelijk niet wispelturig, maar trouw aan een redelijk consistente keuzeset, een blok van twee a drie partijen die inhoudelijk op elkaar lijken. Twee van de voornaamste blokken waren de afgelopen verkiezingen het economisch linkse blok (PvdA, SP, GroenLinks) en het economisch rechtse blok (VVD, PVV, CDA). D66 wisselde kiezers uit met beide blokken.

In het verleden kon een tweestrijd kiezers verleiden tot een strategische stem. Uit elk van beide verkiezingsblokken werd een lijsttrekker op het schild geplaatst die moest fungeren als de drakendoder: degene die moest voorkomen dat zijn tegenhanger uit het andere blok de grootste zou worden. In de praktijk kwam dat neer op een tweestrijd tussen CDA of VVD (uit het rechtse blok) en steevast de PvdA (uit het linkse blok). Strategische kiezers trokken naar de drakendoder uit het eigen blok.

Een tweestrijd tussen de VVD en de PVV zou juist die dynamiek missen. De meeste kiezers zouden niet gevoelig zijn voor het uitbrengen van een strategische stem voor een partij die niet tot de eigen keuzeset behoort. De verkiezingen in Frankrijk vormen weliswaar een voorbeeld waar linkse kiezers wel degelijk op een rechtse kandidaat stemden. Maar dat geldt in de tweede ronde (wanneer linkse kandidaten al uitgeschakeld waren of zichzelf terugtrokken) van een verkiezing met een winner-takes-all principe. Die omstandigheden zijn niet te vertalen naar ons coalitiestelsel met veel partijen.

 

3. Er is geen ongeschreven regel dat de grootste partij de premier mag leveren

Het hele principe van de tweestrijd is vanuit staatsrechtelijk oogpunt al merkwaardig. De tweestrijd om het Torentje gaat er van uit dat de grootste partij het recht heeft de coalitieformatie te leiden en de premier te leveren. Geert Wilders sorteerde in januari al voor op de uitkomst dat de PVV de grootste zou zijn: “Als ik straks de grootste ben en andere politici willen niet met mij samenwerken, dan zullen de mensen dat niet accepteren. Dan komt er een revolte. Wij laten dat niet gebeuren.”

Maar er is geen recht van de grootste.

In 1971, 1977, en 1982 was de PvdA de grootste partij van Nederland, maar nam het geen deel aan de regeringscoalitie. In alle drie deze jaren besloten de christendemocraten een coalitie te sluiten met de VVD. Structureel hebben extremere partijen, ongeacht de grootte, een kleinere kans om mee te regeren dan gematigde partijen.

De suggestie dat kiezers om strategische redenen een keus moeten uitbrengen op de VVD of de PVV in een tweestrijd tussen de beide partijen, is alleen daarom al ongepast.

 

4. Een coalitie met de PVV is nauwelijks denkbaar

De hele opzet van een politieke tweestrijd die strategisch kiesgedrag uitlokt, rust op de premisse dat beide partijen reële kansen hebben om een regering te vormen of te leiden. Dat is voor de komende formatie maar de vraag. Geert Wilders heeft de VVD uitgesloten zo lang Rutte partijleider is. De VVD zegt formeel geen partijen uit te sluiten, maar heeft eerst na de ‘minder-minder-minder’-rel en recent bij de aftrap van de verkiezingscampagne de deur nagenoeg dichtgegooid. Maar zelfs als deze twee partijen er samen uit zouden komen, is er steun nodig van minstens twee andere partijen om een meerderheidscoalitie te vormen in de Eerste Kamer. Zo’n coalitie is hoogst onwaarschijnlijk, omdat zelfs het CDA een coalitie met de PVV uitsluit.

Regeringsdeelname van de PVV ligt na de komende verkiezingen simpelweg niet erg voor de hand, vanwege die wederzijdse uitsluitingen. Natuurlijk is het mogelijk dat een onverwachte verkiezingsuitslag daar verandering in zal brengen. Voor nu is echter van belang dat tweestrijd tussen de VVD en de PVV geen reële spanning zal opleveren: veel kiezers zullen snappen dat de laatste weinig kans maakt op de regeringsmacht. Dat maakt zo’n tweestrijd onvergelijkbaar met die uit het verleden.

 

Bokkesprongen

We kunnen niets uitsluiten. Maar een succesvolle tweestrijd tussen de VVD en de PVV om strategische kiezers te winnen ligt niet bepaald voor de hand. Dan zouden veel actoren bokkesprongen moeten maken. Partijleiders (met name Rutte en Wilders maar ook Buma) zouden dan stellige woorden moeten inslikken. Media zouden mee moeten gaan in het sprookje dat de grootste partij van het land inderdaad recht heeft op regeringsdeelname, en de tweestrijd daardoor gaan voeden. En met name linkse en progressieve kiezers zouden hun eigenlijke voorkeuren op moeten geven en gaan stemmen op partijen die inhoudelijk ver van hen afstaan.

Geen van drieën is erg waarschijnlijk.

 

Afbeelding: 2010-presentatie-regeerakkoord door Rijksvoorlichtingsdienst (license). Origineel aangepast (bijgesneden) door SRV.

Categorie: Kiezers en publieke opinie, Media, Politieke partijen Tags: Geert Wilders, mark rutte, PVV, Rutte, strategisch stemmen, torentje, tweestrijd, verkiezingen, VVD, Wilders

Over de auteur

Tom van der Meer
Tom van der Meer (1980) is Hoogleraar Politicologie, in het bijzonder Legitimiteit, Ongelijkheid en Burgerschap, aan de Universiteit van Amsterdam. Eerder werkte hij bij het Sociaal en Cultureel Planbureau en aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij is sinds 2015 co-Directeur van het Nationaal Kiezersonderzoek (NKO) en Lokaal Kiezersonderzoek (LKO). Hij doet voornamelijk onderzoek naar Politiek vertrouwen, Kiesgedrag (electorale volatiliteit), Politieke socialisatie, en Sociaal kapitaal (burgerparticipatie, etnische diversiteit).
  • Sociale media links 

Lees Interacties

Reacties

  1. Josse de Voogd zegt

    15/10/2016 om 11:51

    Klassieke tweestrijd zal het idd niet worden tussen die twee. Wel is het mogelijk dat VVD en PVV de twee grootste partijen worden (á la 2010, 31 en 24, zonder PvdA op 30) en een tweestrijd met links uitblijft omdat links als geheel te klein is om nog kans te maken en er nog niet één linkse partij bovenuit piekt.

    Login om te reageren
    • Tom van der Meer zegt

      15/10/2016 om 12:51

      Zeker. Dat is een scenario dat we wel vaker hebben gezien: Geen harde tweestrijd maar verdeeld veld.

      Login om te reageren
  2. Joris Hillebrand zegt

    15/10/2016 om 16:02

    Strategisch stemmen werkt meestal averechts, omdat het uitgaat van de premisse dat de grootste partij ook het meest van zijn programma kan doorvoeren. In de praktijk zal de grootste partij echter coalitiepartners voor zich moeten winnen om het premierschap te kunnen incasseren en zal om die reden inhoudelijk meer moeten inleveren. Zeker als de andere partij – na een tweestrijd – bijna net zo groot is.

    Login om te reageren

Geef een reactie Reactie annuleren

Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.

Primaire Sidebar

Volg ons

  • Facebook
  • Twitter
  • RSS Feed

Populaire berichten

De ideologie van Forum voor Democratie

De ongemakkelijke realiteit van de antivaccinatie-beweging

Wat als… Nederland het Britse kiesstelsel zou hebben?

Willekeurige berichten

Leiders en loodgieters. Waar we op moeten letten bij de volgende Europese top

Media zijn te lief voor Wilders

UK Polling Disaster Continued?

Podcast

Aflevering 133 – Wilders blaast het kabinet op, met Henk van der Kolk en Simon Otjes

Geert Wilders heeft zijn steun aan het kabinet ingetrokken. En zoals het een extraparlementair … [Lees verder...]

Episode 132 – The 2025 German elections, with Tarik Abou-Chadi

We are joined by Tarik Abou-Chadi (Oxford) to discuss the dystopian reality of the 2025 German … [Lees verder...]

Aflevering 131 – Het regionale kiesstelsel van Pieter Omtzigt, met Henk van der Kolk en Simon Otjes

De Stuk Rood Vlees podcast is terug, en wel met een gortdroge aflevering over kiesstelsels! In het … [Lees verder...]

Populisme

Radicale onderdompeling: een theaterexperiment op Oerol

De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) signaleerde begin deze week dat … [Lees verder...]

Wie is er bang van ‘het volk’? Politiek elitisme in vier Europese landen

Het succes van populisme leidde de afgelopen jaren tot een omvangrijke literatuur rond de vraag wie … [Lees verder...]

Aflevering 127 – Waardenloze politiek (en een stukje formatie), met Tom van der Meer

Tom van der Meer (UvA) schuift aan om te vertellen over zijn nieuwste boek 'Waardenloze politiek: … [Lees verder...]

Blogroll

  • Andrew Gelman
  • Ballots & Bullets
  • Fight Entropy
  • FiveThirtyEight
  • The Monkey Cage
  • The Upshot
  • Wonkblog
  • OVER SRV
  • AUTEURS
  • CATEGORIEËN
  • ARCHIEF
  • CONTACT

© 2025 StukRoodVlees

Copyright © 2025 · SRV Theme op Genesis Framework · WordPress · Log in