De ramp met vlucht MH17 is nu twee jaar geleden. Vreselijk: militairen die een civiel passagiersvliegtuig neerschieten, met bijna 300 burgerslachtoffers tot gevolg. Het gebeurde twee keer eerder. Die incidenten leken op elkaar; de mediaberichtgeving was radicaal verschillend.
“MOORDENAARS,” opende De Telegraaf met chocoladeletters op 19 juli 2014. Gedoeld werd op degenen die de Boeing-777 van Malaysia Airlines hadden neergeschoten. Moord impliceert dat zij de 298 inzittenden met voorbedachten rade zouden hebben gedood. De afgelopen twee jaar noemde de krant hen zeventien keer “moordenaars”; andere landelijke kranten samen deden dit tweemaal.
Als het ging om moord, zou strafrechtelijke vergelding een logische consequentie zijn. Daarnaast riep De Telegraaf een dag later op tot inzet van NAVO-troepen en bovendien van Special Forces “om de daders van deze massamoord op te sporen en over te brengen naar Nederland voor hun berechting.” De krant vatte het op 24 juli 2014 nog even samen: “Er moet vergelding komen.”
Vergissing
Anderen speculeerden daarentegen dat het toestel bij vergissing voor vijandig was aangezien. Bijvoorbeeld in het Reformatorisch Dagblad van 11 juli 2015, waarin een nabestaande zei: “Ik ben ervan overtuigd dat de mensen die de raket afschoten níét hebben geweten dat hun doel een verkeersvliegtuig was. Het was een ongeluk. Pure pech. Oost-Oekraïne is oorlogsgebied.”
Als het ging om een vergissing, ligt strafvervolging minder voor de hand. En legereenheden naar Oost-Oekraïne sturen is dan al helemaal niet logisch. De focus verschuift in dat geval naar de vraag hoe zulke afgrijselijke vergissingen tot stand komen. De vraag rijst dan, bijvoorbeeld, waarom Malaysia Airlines nog over dit oorlogsgebied vloog terwijl andere maatschappijen het meden.
Ziedaar twee kernthema’s van verslaggeving over de MH17: vergelding en vergissing. Die thema’s komen ook terug in twee incidenten in de jaren ’80. Dit zijn de enige twee andere gevallen van militairen die een civiel toestel neerhalen met meer dan 200 doden als gevolg. Hoe confronterend ook, zeker voor nabestaanden, het is wellicht goed om deze incidenten met distantie te bezien.
Korean Air en Iran Air
Op 1 september 1983 schoot een gevechtsvliegtuig van het Rode Leger vlucht KAL007 neer. Het passagierstoestel van Korean Air was van New York op weg naar Seoel maar week af van zijn koers. Het vloog een militair gevoelig deel van het luchtruim van de Sovjetunie binnen, kort nadat een spionagevliegtuig van de VS datzelfde had gedaan. Geen van de 269 inzittenden overleefde de ramp.
Op 3 juli 1988 vuurde de Amerikaanse kruiser USS Vincennes luchtdoelraketten af op vlucht IR655. Voorafgaand aan het incident waren er schermutselingen geweest tussen de kruiser en Iraanse kanonneerboten in de Perzische Golf. Het vliegtuig van Iran Air volgde de normale route van Teheran naar Dubai maar werd aangezien voor een gevechtsvliegtuig. Alle 290 passagiers kwamen om.
Leidden deze soortgelijke incidenten tot soortgelijke berichtgeving? Professor Robert Entman (nu George Washington University) onderzocht twee Amerikaanse kranten, twee weekbladen en een tv-zender gedurende twee weken na elk van beide incidenten. Samengevat kwam de verslaggeving over KAL007 neer op een roep om vergelding, terwijl die media bij IR655 spraken van een vergissing.
Entman constateerde dat genoemde media het KAL007-incident regelmatig een “aanval” noemden, soms zelfs “moord,” en meestal de schuld zochten bij “Moskou.” Bij IR655 vonden die media het juist een begrijpelijke vergissing en benadrukten ze de complexiteit van high tech-oorlogvoering. Ook portretteerden ze veel KAL007-slachtoffers en nabestaanden, terwijl die van IR655 anoniem bleven.
Wapens
Natuurlijk waren er verschillen tussen die incidenten. Maar die verschillen rechtvaardigden volgens Entman niet de verschillen in berichtgeving. Voorts maakt hij aannemelijk dat de berichtgeving gevolgen had. Zo suggereert hij dat het KAL007-incident leidde tot aanschaf van extra wapens. Dit terwijl het IR655-incident erop wijst dat inzet van wapens de kans op vergissingen juist vergroot.
Op zijn beurt verschilt het afschuwelijke MH17-incident weer van beide gevallen uit de jaren ’80. Niettemin lijkt de nadruk op vergelding in De Telegraaf een echo van die in Amerikaanse media na KAL007. Dit maakt wellicht de geesten rijp voor extra bewapening en legerinzet, met alle risico’s van dien. Maar als ‘onze jongens’ dan iets fout doen echoot die krant ongetwijfeld de media na IR655.
In dat geval noemt De Telegraaf het vast een tragische vergissing.
Afbeelding: MH17 door Jeroen Akkermans.
Ik vond dit stuk omdat ik zocht op de termen vincennes en mh17, juist omdat mij opviel dat de berichtgeving zo anders was. En dat er kranten n.a.v. MH 17 nooit verwezen werd naar de Vincennes, terwijl dat wel voor de hand lag.
In het boek The dead hand wordt het neerschieten van het Koreaanse vliegtuig gedetailleerd beschreven. Toen dat vliegtuig rond de poolcirkel vloog was daar ook een Amerikaans spionagevliegtuig van hetzelfde type. Dat droeg bij aan de fatale fout. En ook dat niet lang daarvoor Amerikaanse vliegtuigen Russisch luchtruim waren binnengevlogen, waardoor de Russen op scherp stonden.