Op 5 november 2012 werden de ministers en staatssecretarissen van Rutte-II beëdigd. Het kabinet zit dus al 1751 dagen op z’n plek (op 22 augustus), zij het sinds 15 maart demissionair. Het is daarmee het langst zittende kabinet sinds de Tweede Wereldoorlog. Hoe komt dat?
In analyses die de afgelopen dagen verschenen werd – terecht[1] – gewezen op de innige samenwerking tussen PvdA en VVD die er, samen met slechte peilingen voor beide partijen, voor heeft gezorgd dat het kabinet niet tussentijds viel. Ook werd gewezen op de lange formatie van 2017, waardoor Rutte-II nog niet is vervangen door versie 3.0. Rutte zei zelf:
“Dat we de rit uitzaten tot aan de verkiezingen vond ik heel mooi, maar dat we het langstzittende kabinet zijn, komt puur door de trage formatie.”
Maar dat is niet de belangrijkste reden dat Rutte-II het langstzittende kabinet sinds 1945 kon worden. Dat heeft te maken met zijn voorganger, Rutte-I.
Een gemiddeld kabinet zit vier jaar, want de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn eens in de vier jaar. Na een formatie van gemiddeld 87.6 dagen treedt dan een kabinet aan. Dat blijft dan (gemiddeld genomen) vier jaar zitten (1461 dagen) totdat weer 87,6 na de volgende reguliere verkiezingen een nieuw kabinet is gevormd. Rutte-II boekt op drie terreinen tijdwinst ten opzichte van dit gemiddelde scenario:
1. Korte formatie 2012: 33,6 dagen
Een gemiddelde formatie duurt volgens berekeningen van parlement.com 87,6 dagen. In 2012 werd het nieuwe kabinet na 54 dagen beëdigd. Een winst van 33,6 dagen langer regeren voor Rutte-II dan onder het ‘standaardscenario’.
2. Lange formatie 2017: 72,4 dagen
De kabinetsformatie van 2017 duurt al 160 dagen. Dat is dus 72,4 dagen langer dan de gemiddelde formatieduur. Die mag Rutte-II (demissionair) volmaken. En wellicht nog iets meer.
3. Langere zittingsduur door vervroegde verkiezingen 2012: 184 dagen
In 2012 gingen de kiezers op 12 september naar de stembus. Dat is niet het reguliere moment (in maart of in mei ingeval er dat jaar ook Staten- of gemeenteraadsverkiezingen zijn). In zo’n geval wordt de zittingstermijn van de Kamer (in de meeste gevallen) verlengd tot de eerstvolgende reguliere mogelijkheid, in dit geval na zo’n 4,5 jaar dus. Daardoor duurde de periode tussen de twee verkiezingen nu niet 1461 maar 1645 dagen. Een winst van 184.
De belangrijkste reden dat Rutte-II dus überhaupt een record-zittingsduur kon behalen was het tijdstip waarop de verkiezingen van 2012 werden gehouden. Als het kabinet de normale vier jaar tot z’n beschikking had gehad, was de ‘recordpoging’ veel lastiger geweest. Dat was weer afhankelijk van het tijdstip waarop het kabinet viel toen de PVV de stekker trok uit het bezuinigingsoverleg met VVD en CDA. Een record voor Rutte met een beetje hulp van Wilders dus.
[1] En ook door mijzelf
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.