Over de berichtgeving van het drama bij Charlie Hebdo is de afgelopen dagen een hoop gezegd en geschreven. Het reflecteren op het eigen gedrag door media heet in wetenschappelijke termen metacoverage: nieuws óver media en het publicatieproces. Daarover concludeerden Frank Esser en Paul D’Angelo in een vergelijkende studie (paywall) al in 2006 dat reflectie op het functioneren van de pers met name in verkiezingstijd veelvuldig voorkomt.
Een bijzondere column was die van Volkskrant-hoofdredacteur Philippe Remarque die precies uitlegde waarom de Volkskrant besloot geen cartoons van Charlie Hebdo op de voorpagina te publiceren. Het geeft een mooi inkijkje in de manier waarop een schokkende gebeurtenis de dagelijkse routine op een krantenredactie doorbreekt. Meer specifiek is het een voorbeeld van het afleggen van verantwoording (accountability). In de woorden van Denis McQuail (1987, p. 515): ‘how […] society [might] call on journalists to account for their performance of the responsibility given them’. Het is duidelijk dat sociale media Remarque ertoe hebben aangezet verantwoording af te leggen over de gemaakte keuze. Via sociale media kreeg hij ook flinke kritiek toen hij besloot dat niet te doen.
Dat journalisten zich niet al teveel aan Twitter gelegen moeten laten, betoogde ik al elders. Maar als de aanwezigheid van een hoofdredacteur op Twitter ervoor zorgt dat hij of zij op heldere en inzichtelijke manier journalistieke keuzes en de moeilijke afwegingen die hieraan ten grondslag liggen uitlegt – zoals hier zeker het geval is – is dat pure winst.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.